Leonard_Bernstein

A Quiet Place door Opera Zuid: productie van het jaar?

Door Peter Franken

 

QuietJM--20181105-2212

© Joost Milde

Goed beschouwd is A Quiet Place een stuk over The American Dream in suburbia. De film Pleasantville uit 1998 geeft hiervan een heel integer beeld. Meestal overheerst echter de schone schijn zoals dat lekker zwaar aangezet wordt in een tv show als Happy Days. Dat het onder de oppervlakte meer weghad van een sociaal labyrint heeft John Updike later geschetst in zijn roman Couples.

QuietJM--20181105-2023

© Joost Milde

Het o zo fantastische leven in een slaapstad wordt in de opera bezongen door een jazztrio dat op de meest onverwachte momenten opduikt, vanonder het aanrecht, vanachter een zijmuur of vanuit de kelder in het kleine witte huisje waar de hoofdpersonen Sam en Dinah hun door Life Magazine vereeuwigde idylle beleven, compleet met chlorofyl tandpasta. Who wants more? Het zijn de naoorlogse jaren onder de presidenten Truman en Eisenhower, toen in Nederland ‘Geluk nog heel gewoon was’.

In werkelijkheid maken Sam en Dinah alleen maar ruzie en zijn na tien jaar huwelijk zozeer van elkaar vervreemd dat ze allebei veinzen een lunchafspraak met een ander te hebben als ze elkaar toevallig in de stad treffen. Zij komt van een bezoekje aan haar psychiater, hij is even weg van kantoor waar hij net weer geweldig bezig is geweest, een echte winnaar. Eigenlijk moeten ze allebei die middag naar een toneelstukje op de school van hun zoontje Junior die daarin een belangrijke rol speelt. Maar Sam geeft de voorkeur aan de finale van een handbaltoernooi en Dinah gaat naar een film.

TROUBLE IN TAHITI: film van Tom Cairns

Dit deel van de opera is overgenomen uit Bernsteins eenakter uit 1951 Trouble in Tahiti. Het brengt Sams herinneringen tot leven in de dagen die volgen op de begrafenis van Dinah die omgekomen is bij een auto ongeluk. De titel refereert aan de film die Dinah die middag van Juniors toneelstuk heeft gezien. Een escapistisch geheel dat door haar uitgebreid wordt verteld. De kernscène ‘Island Magic’ laat Bernstein klinken als een parodie op de populaire musical South Pacific.

Dinah’s begrafenis is de aanleiding voor het samenkomen van de leden van het volledig ontwrichte gezin. Sam en Dinah zijn ondanks alles zo’n veertig jaar bij elkaar gebleven. Junior is naar Canada geëmigreerd om de dienstplicht te ontlopen tijdens de Vietnam oorlog. Zijn jongere zus Dede is hem later nagereisd en getrouwd met Juniors homofiele partner Francois, zodat ze de aan een psychose lijdende Junior samen kunnen beschermen.

QuietJM--20181105-1941

© Joost Milde

De emoties lopen hoog op, zijn vaak nogal rauw, het gaat er hard aan toe. Verwijten vliegen over en weer, trauma’s komen naar boven. Junior heeft een dwangneurose die hem voortdurend alles laat rijmen en in twee grote blues nummers, een soort rap avant la lettre, veegt hij de vloer aan met zijn vader en later ook met het beeld dat Francois heeft van de relatie die hij ooit met zijn jonge zusje had. De als Junior uitblinkende bariton Michael Wilmering gaf het alles wat hij had waardoor deze topnummers in volle glorie over het voetlicht kwamen.

QuietJM--20181106-3165

© Joost Milde

Het stuk komt wat traag op gang doordat de openingsscène in het uitvaartcentrum nogal veel bijfiguren kent die allemaal hun zegje moeten doen. Hier hadden Wadsworth en Bernstein zich nog wat meer mogen beperken. Zodra Sams gezin centraal komt te staan, krijgt de handeling veel vaart en die blijft er tot het einde in als na een kortstondige verzoening er door een kleinigheid toch weer een knetterende ruzie ontstaat, vooral door toedoen van Junior die in een vlaag van razernij het losbladige dagboek van zijn moeder de lucht ingooit. Vrij snel keert de rust echter terug omdat iedereen beseft dat het zo niet kan blijven gaan, men moet proberen tot elkaar te komen. Het is het einde van de opera: all is quiet in het witte huisje van Sam en Dinah, de ‘quiet place’ uit de titel.

Orpha Phelan (regie) en Madeleine Boyd (scenografie & kostuums) hebben gekozen voor een eenheidsdecor waarin door middel van minimale wijzigingen een wisseling van plaats en tijd aanschouwelijk wordt gemaakt. Het werkt wonderwel, een mooi voorbeeld van hoe je met relatief beperkte middelen heel effectief te werk kunt gaan. Alles ziet er doordacht uit, de toeschouwer kan zich probleemloos verplaatsen in elke scènewisseling. Matthew Haskins heeft gezorgd voor een uitgekiende belichting en Lauren Poulton voor een fraai uitgewerkte choreografie. Hoe iedereen beweegt mag gerust voorbeeldig worden genoemd.

Quiet jazzJM--20181105-2188

© Joost Milde

Het jazztrio bestaande uit Veerle Sanders, Jeroen de Vaal en Rick Zwart (mezzo, tenor, bariton) wordt ook ingezet ter ondersteuning van de handeling. Zo houden de mannen een handdoek voor Young Sam die zich uitkleedt terwijl hij in een opblaasbadje staat nadat hij met zijn team de finale van de handbalwedstijd heeft gewonnen. Terwijl hij zingt over mannen die geboren zijn als winnaars terwijl anderen gedoemd zijn hun hele leven verliezers te blijven, gebruikt hij beide mannen als kapstok terwijl Veerle hem een douchebad geeft met behulp van een tuingieter.

En om het tijdsbeeld nog eens extra kleur te geven mag Veerle zich helemaal uitleven in een dansnummer gestoken in een Playboy Bunny kostuum. Het trio vormde een geweldige ondersteuning voor de handeling, enerzijds zorgde het voor comic relief, anderzijds leverde het ironisch commentaar op het gebeuren. En steeds uitstekend gezongen en met perfect uitgevoerde bewegingen.

De ménage à trois bestaande uit Junior, Dede en hun beider partner Francois leverde een topprestatie. Zowel de moeilijk te zingen delen, meer praten, als de lyrische momenten kwamen uitstekend uit de verf. Tenor Enrico Casari gaf herkenbaar uitbeelding aan de relatieve buitenstaander die zijn schoonvader voor het eerst ziet en verzeild raakt in een situatie waarin hij Junior er niet van kan weerhouden Dinah’s begrafenis op stelten te zetten.

QuietJM--20181105-1662

© Joost Milde

Dede werd fraai geportretteerd door de sopraan Lisa Mostin, onzeker, kwetsbaar, maar ook blij haar vader eindelijk weer te zien, als was het dan bij de kist van haar moeder. ‘I’m so pleased we’ve met’ zingt zij haar vader toe, alsof hij nieuw voor haar is. In de tuin zingt ze aandoenlijk over de verwildering, alsof Dinah haar einde had zien aankomen en maar vast was gestopt met dat eindeloze onkruid wieden.

QuietJM--20181105-2043

© Joost Milde

Old Sam was in handen van de zeer ervaren bas-bariton Huub Claessens die zijn reputatie alle eer aandeed. Zijn jongere tegenhanger werd vertolkt door de bariton Sebastiàn Peris I Marco die deze rol dit jaar ook al zong in Trouble in Tahiti tijdens het Opera Forward festival van DNO. Goed gezongen en prima geacteerd: een onprettig persoon die Young Sam.

De sopraan Turiya Haudenhuyse gaf gestalte aan Dinah. Ze zong net als Peris die rol ook als bij DNO in Trouble in Tahiti. Haudenhuyse een mooie vertolking van een ‘desperate housewife’ jaren ’50 stijl, vaste klant bij een ‘shrink’ en haar frustraties wegschrijvend in een dagboek.

Mede doordat het stuk een gebroken ontstaansgeschiedenis heeft, treden er nogal wat verschillen in het muzikale idioom op. Wat terug gaat op Trouble in Tahiti is jazzy, vaak melodieus zoals in Candide en West Side Story. Ook de instrumentatie doet geregeld sterk aan Bernsteins grootste succesnummer denken. De mantel die eromheen is gelegd waardoor A Quiet Place is ontstaan, is dertig jaar later stand gekomen en dat is goed te horen. Toch ook hier herkenbaar idioom en jazzy momenten.

Dirigent Karel Deseure wist dit muzikale palet volop kleur te geven. Hij gaf uitstekend leiding aan de prachtig spelende philharmonie zuidnederland. Dat gezegd hebbend moet wel worden benadrukt dat het echte theatermuziek is. Het is minder geschikt om als op zichzelf staand stuk te beluisteren. Omgekeerd betekent dit dat hoge eisen worden gesteld aan de enscenering, die moet het tot een aansprekend geheel maken. Wel, dat is hier bijzonder goed gelukt. Deze Quiet Place is een fantastische productie, de voorstelling is er een met een gouden rand. Opera Zuid heeft hiermee een geweldige troefkaart in handen voor een succesvolle tournee langs de Nederlandse theaters met een uitstapje naar Luxemburg.

Bezocht op 9 november in Maastricht

Deze recensie verscheen eerder op https://www.operamagazine.nl/featured/46096/a-quiet-place-met-een-gouden-rand/

Voor Trouble in Tahiti zie:  TROUBLE IN TAHITI: film van Tom Cairns

 

Leonard Bernstein: Mass. A Theatre piece for singers, players and dancers

Bernstein Mass

Wist u dat de FBI Leonard Bernstein tientallen jaren heeft geschaduwd? Hij werd verdacht van communistische sympathieën. Eén van de redenen daartoe was – dat beweerde althans The New Yorker – de in 1971 geplande première van zijn Mass, een op de Latijnse mis en Engelse teksten van Stephen Schwartz (en Bernstein zelf) gebaseerde elfdelige ‘Theaterstuk voor zangers, toneelspelers en dansers’, opgedragen aan de vermoorde president J.F. Kennedy. Volgens de FBI zou Bernstein “een links complot hebben bedacht om de toenmalige president Nixon voor schut te zetten met een ’anti-oorlogscompositie’.”

Berstein Schwartz

(L) L-R Gordon Davidson, Leonard Bernstein, Stephen Schwartz (R) Leonard Bernstein, Stephen Schwartz; Opening Night; Kennedy Center for the Performing Arts – 1971
©2018 Stephen Schwartz.

Het is een verhaal – even kort door de bocht –  over een jongen die door zijn vrienden gedwongen wordt om priester te worden terwijl hij God het liefst met zijn gitaar en zijn liedjes eert: ‘Sing God a simple song…. for God is the simplest of all’. Aan het eind ontheiligt hij het altaar en krijgt zijn vertrouwen in God terug.

Voor mij is het werk met zijn sterke reminiscenties aan ‘Hair’ en ‘The Age of Aquarius’ behoorlijk gedateerd en daar kan de ijzersterke uitvoering onder Yannick Nézet-Séguin niets aan doen.

Yannick Nézet-Séguin over Bernstein en zijn Mass:

Dat de Mis niet op dvd is uitgebracht, dat verbaast mij zeer. Want hoe sterk de compositie op zich ook is en hoe grandioos het puur vocaal/instrumentale gedeelte: je mist een wezenlijk deel van wat Bernstein voor ogen stond.


LEONARD BERNSTEIN
Mass
A Theatre piece for singers, players and dancers
Diverse solisten en koren
The Philadelphia Orchestra olv Yannick Nézet-Séguin
DG 4835009 (2cd’s)

 

TROUBLE IN TAHITI: film van Tom Cairns

Bernstien tahiti film

 

Het was tijdens zijn huwelijksreis in 1951 dat Leonard Bernstein met het componeren van zijn eerste opera ‘Trouble in Tahiti’ is begonnen.

Bernstein-wedding-500x657

Leonard Bernstein with Felicia Cohn Montealegre at their wedding on Sept. 9, 1951. Bernstein’s suit had previously belonged to Serge Koussevitzky. (Courtesy Music Division/Library of Congress

Hij tekende niet alleen voor de muziek, maar ook voor het libretto, dat volgens zijn biograaf Humphrey Burton sterk autobiografisch was en geënt op het huwelijk van zijn ouders. Bernstein zelf omschreef het als een “licht werkje, geïnspireerd door populaire songs” en droeg het stuk op aan zijn goede vriend Marc Blitzstein, die hem de eerste beginselen van het muziektheater had bijgebracht

 

Bernstein en Blitstein

Bernstein with composer and friend Marc Blitzstein. Photographer unidentified. (Music Division)

Het werk mag dan licht zijn, lichtvoetig is het beslist niet. Beschouw het als een satirische karikatuur  op het leven van een doorsnee Amerikaans echtpaar in een buitenwijk (Suburbia) in de jaren vijftig van de vorige eeuw. Voor de buitenwereld vormen zij een gelukkig koppel maar in het echt zijn ze diep ongelukkig, zowel met elkaar als met het leven dat zij leiden. Ondanks de verworvenheden van de welvaart.

De opera begint met – en wordt becommentarieerd door – een vocaal trio dat het idyllische leven van de Amerikaanse middenklasse bezingt. Een soort hedendaags Grieks koor die meer doet denken aan de Andrew Sisters, denk ook aan de radiocommercials uit die tijd.

De Britse regisseur Tom Cairns verfilmde de opera in 2001 voor de televisie in de stijl die zo kenmerkend was voor de komedies uit de jaren vijftig met Doris Day in de hoofdrol.

Karl Daymond is niet te versmaden als een zowel vocaal en scenisch onnavolgbare Sam en Stefanie Novacek is een meer dan een overtuigende Dinah.

Tom Randle, Toby Stafford-Allen en Mary Hegarty (het Griekse koor) zingen en acteren op het hoogst mogelijk niveau. Een absolute must.

Leonard Bernstein
Trouble in Tahiti
Karl Daymond, Stefanie Novacek, Tom Randle, Toby Stafford-Allen, Mary Hegarty
City of London Sinfonia olv Paul Daniel
Regie: Tom Cairns
Opus Arte OA 0838 D

A Quiet Place door Opera Zuid: productie van het jaar?

WONDERFUL TOWN

‘WEST SIDE STORY’ revisited

Koninklijk Concertgebouworkest speelt THE BEST OF BERNSTEIN

ROBERTA ALEXANDER zingt Bernstein

 

 

 

 

Koninklijk Concertgebouworkest speelt Bernstein. En hoe!

Bernstein

Als aanloop naar een herdenkingsjaar van Leonard Bernstein – de alom geliefde componist, dirigent en pianist zou in augustus 2018 honderd jaar zijn geworden – zette het Koninklijk Concertgebouworkest, onder de noemer ‘RCO/Bernstein 2017’, dit jaar al zijn muziek vaker dan gewoonlijk op de lessenaars.

Op vrijdag 7 juli was het de beurt aan de Engelse dirigent John Wilson om het orkest te leiden in een all-Bernstein programma, met allemaal hoogtepunten uit zijn werk voor het muziektheater.

Bernstein john-wilson-sim-canetty-clarke

John Wilson © Sim Canetty-Clarke

Men zegt Wilson, men denk: musicals! Niet ten onrechte. Met zijn eigen orkest wijdt hij zich al jaren aan het uitvoeren van de hits uit Broadway en Hollywoodklassiekers, waar hij vaak arrangementen voor verzorgt; en zijn programma met werken van Bernstein behoort tot één van grootste hoogtepunten ooit op de Londense Proms.

Musical is weer in, althans volgens de auteur van het meer dan summier (geen liedteksten, geen synopsis van de uitgevoerde werken, geen woord ook over de artiesten) programmaboekje. Dat het zo is komt voornamelijk door het succes van de film La La land. Zou het? Zelf geloof ik er niets van. Musicals zijn al jaren buitengewoon geliefd, ook in Nederland. En afgaand op de gemiddelde leeftijd van de bezoeker van het concert – volgens mij hebben ze allemaal nog de eerste vertoning van West Side Story in de bioscopen meegemaakt – is het niet iets van recente datum.

dav

Voor die gelegenheid werd de grote zaal van het Concertgebouw getooid met de stemming vergrotende verlichting en het feest kon beginnen. En een feest werd het!

Het programma was opgezet niet alleen als eerbetoon aan de grote Bernstein maar ook als ode en liefdesverklaring aan New York. De toon werd meteen gezet met een swingende medley uit On the Town, met solootjes voor de tenor Julian Ovenden en bariton Nadim Naaman. Nee, Frank Sinatra en Gene Kelly waren ze niet, maar ze kwamen best dichtbij.

 

Van het duo wist Ovenden mij het meest te imponeren. Met zijn zeer soepel gevoerde lyrische tenor met een aangenaam timbre zette hij een zeer overtuigende Tony (West Side Story) neer. De door hem zeer gevoelig vertolkte ‘Maria’ was dan ook één van de hoogtepunten van het programma.

Bernstein scarlett-strallen-nc

Scarlett Strallen © nc

Na haar eerste song, ‘Dream with me’ uit Peter Pan, was ik een beetje sceptisch over Scarlett Strallen. Haar optreden kwam mij onzeker over, aarzelend bijna. Maar gaande weg kwam ze haar zenuwen te boven en aan het eind gaf ze een onvergetelijke uitvoering van ‘Glitter and be gay’ uit Candide. Haar coloraturen waren onberispelijk en haar acteren meer dan overtuigend. Daarbij werd zij geholpen door een hilarische gebruik van kralenkettingen die zij tevoorschijn haalde uit haar decolleté. Iets wat zij al eerder deed tijdens de Proms:

Bernstein kim-criswell-dan-welldon

Kim Criswell © Dan Welldon

Al bij haar opkomst beheerste Kim Criswell de bühne. Wat een enorme uitstraling heeft die vrouw, wat een charisma! Als vanzelfsprekend nam ze het hele toneel van het Concertgebouw in beslag, men vergat dat er een, bij wijze van spreken, honderdplus-koppig orkest achter haar zat. Het is niet alleen haar uit duizenden herkenbare stem, waarmee niemand, maar dan ook echt niemand uit de branche zich met haar meten, en dat al jaren. Het is ook haar perfecte dictie waardoor je elk woord kon verstaan, plus haar diva-achtige verschijning waarmee zij de tot de nok toe gevulde zaal wist in de palmen.

Met ‘One hundred easy ways to lose a man’ bracht zij iedereen aan het lachen en met onvoorstelbaar virtuoos gezongen ‘Island Magic’ (Trouble in Tahiti) dwong zij de diepste bewondering af. Over haar werd ooit geschreven “Kim Criswell toont hoe het moet” en zo is het.

Met ‘Wrong note rag’ uit Wonderful Town eindigde het officiële programma, maar er waren nog twee toegiften. Persoonlijk zat ik de hele avond op ‘Tonight’ uit West Side Story te wachten – met een viertal zulke voortreffelijke solisten schreeuwde het concert er in feite om – en ik werd niet teleurgesteld. Wat een voortreffelijke uitvoering werd het! Met de licht lyrische Maria van Scarlett Strallen en de twee heren die behalve Tony (Oweden) ook de Jets en de Sharks voor hun rekening namen was het smullen geblazen. Maar het was alweer Kim Croswell die als Anita boven alles en iedereen uittorende. Zoals het hoort eigenlijk.

Er valt niet te ontkennen dat het Koninklijk Concertgebouw Orkest kan swingen. Maar er valt ook niet te ontkennen dat hun geluid een beetje too much was, het orkest is in mijn oren er een beetje te groot voor. In het nagesprek vertelde Wilson dat in de jaren veertig en vijftig, de gloriejaren van Broadway de orkesten veel kleiner waren, één musicus speelde soms negen instrumenten.

Wat het orkest, waar Wilson zeer terecht vol lof over was echt kan, lieten ze horen in het voor de pauze gespeelde symfonische Suite uit On the Waterfront.

‘On the Waterfront’ is Bernsteins enige speciaal voor de film geschreven score. De in 1995 voor de concertzaal door hem gearrangeerde suite behoort nog steeds niet tot de vaak uitgevoerde werken, wat wellicht aan de moeilijkheidsgraad ervan ligt. En aan het ongewone instrumentarium met een prominente plaats voor de hoorn solo.

Daar was het dat het Concertgebouworkest is zijn volle glorie in floreerde. Zelden hoort men de suite zo jazzy, maar ook met een volle symfonische kracht en  met zo veel spanning gespeeld! Speciale bravo voor de solo hoorniste als ook voor de klarinettisten, de saxofonist en alle (vier!) de paukenisten. Ik zat op het puntje van mijn stoel en ik was de enige niet.

dig

Het concert is terug te beluisteren op de site van het NPO. Let alleen niet op (of, nog beter: sla het over!) de afschuwelijke, meer dan amateuristische aankondiging van het programma en geniet!

Verzoekje, nee, hartenkreet richting Radio 4: beste mensen, stop met die afschuwelijke gewoonte om te praten tijdens de stille gedeelten van de concerten. Het is niet alleen verschrikkelijk storend maar ook nergens voor nodig en het zou verboden moeten worden.

http://www.radio4.nl/zomeravondconcert/uitzendingen

Leonard Bernstein
Koninklijk Concertgebouworkest olv John Wilson
Kim Criswell(sopraan), Scarlett Strallen (sopraan), Julian Ovenden (tenor), Nadim Naaman (bariton)

Gehoord in het Concertgebouw op 7 juli 2017

Meer Bernstein:
ROBERTA ALEXANDER zingt Bernstein
‘WEST SIDE STORY’ revisited
WONDERFUL TOWN
TROUBLE IN TAHITI: film van Tom Cairns
LEONARD BERNSTEIN: MASS

 

Roberta Alexander zingt Leonard Bernstein

Bernstein Alexandra

In de vijftien jaar dat Roberta Alexander met de in 2001 overleden Klaas Posthuma samenwerkte, nam ze maar liefst twaalf recitals voor de door hem opgerichte firma Et’Cetera op, waaronder die met liederen van Leonard Bernstein.

Het recital werd al in 1986 opgenomen, maar bijna twintig jaar later, in 2004 beleefde het zijn tweede jeugd, want toen werd het door Et’cetera heruitgebracht als een eerbetoon voor zijn oprichter. Wat voor reden dan ook: het allerbelangrijkste is dat de cd opnieuw in de schappen was beland, want het is waarachtig een prachtig recital.

Waar het aan ligt (té Amerikaans?) weet ik niet, maar de liederen van Bernstein worden nog steeds te weinig uitgevoerd en te weinig opgenomen. Jammer! Ze zijn geestig en mooi, en – mits goed en met gevoel voor ritme en humor uitgevoerd, maar geldt dat eigenlijk niet voor alles? – bezorgen ze de luisteraar geweldig veel plezier.

Roberta Alexander beschikt over een kernvolle, lyrische sopraan met een hoge dosis dramatiek, wat haar ooit buitengewoon geschikt maakte voor rollen zoals Vitellia in La Clemenze di Tito, Elvira in Don Giovanni en Jenůfa. Haar affiniteit met het Amerikaanse lied toonde ze al eerder in haar opnamen van onder anderen Ives, Copland en Barber

Roberta Alexander, begeleid door het Nederlands Radio Philharmonic  zingt ‘Sure on this shining night’ van Samuel Barber:

Ook de Songs van Bernstein passen haar als een handschoen. Ze is meisjesachtig naïef in de ‘Five Kid Songs’ en grappig in ‘La Bonne Cuisine’ (viertal gezongen recepten, hier tweemaal opgenomen: in het oorspronkelijke Frans, en de Engelse vertaling ervan).


Leonard Bernstein
Songs
Roberta Alexander (sopraan), Tan Crone (piano)
Et’cetera KTC 1037

‘WEST SIDE STORY’ revisited

WEst Side Story

Voor het Holland Festival 2013 werd de verfilming van Bernsteins West Side Story uit 1961 opgelapt en met live-begeleiding van het Radio Filharmonisch Orkest vertoond in Carré. Een heuse belevenis, feilloos geleid door Wayne Marshall.

Noem mij maar een softie of een sentimentele oude wijf, maar één van de dingen waar ik het meest bang voor ben, is de confrontatie met mijn verleden. Ik heb dingen in folders en la’s van mijn hoofd, hart en ziel veilig opgeborgen en – mocht de nood aan de man komen doe ik ze even open, ruik ik er aan, aai het en dan berg ik het weer veilig terug op. Soms pink ik een traantje weg of drink ik een glaasje te veel. Wel zo veilig.

De confrontatie met je geliefde van weleer is zo mogelijk nog enger – wil ik dat wel? Ik ben bang dat ik teleurgesteld ga worden, net als die keer toen ik mijn ouderlijk huis na 40 jaar weer eens betrad. Het was klein, donker en benauwd. Weg mooie herinnering!

Wees niet bang, ik ga het nu echt niet hebben over mijn privéleven, maar over een film. Aan de andere kant: horen films, boeken en muziek uit je jeugd niet bij je privéleven? Ze hebben je immers gevormd?

Genoeg mijmeringen, wij gaan het over de West Side Story hebben. Het verhaal kent u ongetwijfeld allemaal, want die is net zo oud als de weg naar Rome en wellicht al ouder. Daar heeft Shakespeare dankbaar gebruik van gemaakt in zijn Romeo en Julia, maar Ovidius is hem in zijn Metamorphosen (Pyramus en Thisbe) al voorgegaan. En het thema heeft anno nu nog steeds (helaas, moet ik zeggen) niets aan actualiteit en zeggingskracht verloren.

west love

West Side Story behoort zonder meer tot één van de beroemdste en beste musicals ooit, daar kan niemand aan twijfelen. Het oorspronkelijke verhaal, over de toen prangende vete tussen de Iers-Amerikaanse bende de ‘Jets’ en de Joodse ‘Emeralds’ werd nooit gerealiseerd, maar de door Bernstein, Laurents (script) en Robbins in 1947 bedachte East Side Story werd tien jaar later, met de nu naar de westkant van Manhattan verplaatste handeling, een regelrecht succes.

west side beide

In 1961 werd de musical verfilmd en werd van meet af een geniale klassieker. De muziek van Leonard Bernstein, de songteksten van Stephen Sondheim en de choreografie van Jerome Robbins: doe ze het nog eens na! De film moet je gezien hebben, al was het maar om een referentie te kunnen hebben.

En nu dus werd de film helemaal opgelapt. Gerestaureerd, heet dat. In het kader van het Holland Festival werd hij éénmalig (doodzonde!) op het grote doek in het Amsterdamse Carré vertoond, met een live begeleiding van het Radio Filharmonisch Orkest onder leiding van de zeer charismatische Engelse dirigent Wayne Marshall.

Hoe ze dat voor mekaar hebben gekregen weet ik niet, maar het resultaat was meer dan verbluffend. Alles liep synchroon en je vergat dat je naar een film keek en dat het orkest op het podium stond. Het was een echte belevenis en het voelde alsof je naar een echte live
voorstelling zat te kijken.

Het orkest: mijn goede genade wat waren ze goed! Ik zat aan mijn stoel genageld en durfde nog amper adem te halen. Nou ja, de keren daargelaten dat ik toch echt naar mijn zakdoek moest grijpen, samen met iedereen om me heen.

West Wayne

Wayne Marshall © WDR/Detlef Overmann & Ed Brambis

Wayne Marshall heb ik nu voor het eerst live meegemaakt. Ik kende zijn opnamen van Gershwin – daar is hij een kampioen in -,maar ook zijn Poulenc en Hindemith zijn niet te versmaden. Ook zijn piano en orgel opnamen zijn niet aan mij voorbij gegaan, ik bewonder hem al jaren. Live was hij meer dan ik had verwacht – soms wist ik niet waar ik naar toe moest kijken!

west dance

De volle zaal was voor de helft gevuld met zeer jonge mensen. Het verwonderde mij echt, dus in de pauze heb ik er een paar opgezocht. Zij waren 16 en 17 en zij vonden het super gaaf. Nee, de pasjes waren niet verouderd en de muziek kenden zij wel. Van Madonna en Amy Winehouse en zo. Mooi. En aan het einde kwamen de tranen.

Ter herinnering en herkenning één van de voor mij spannendste scènes uit de film, ‘Tonight’:

Let ook op de woorden “tonight there will be no morning star”. En ergens bij 2.30’ zie je de Jets die zo voor het boord van ‘Coffee warehouse’ opgesteld staan, dat de enige letters die te zien zijn het woord ‘war’ vormen.

Meer Bernstein:
ROBERTA ALEXANDER zingt Bernstein

WONDERFUL TOWN

Koninklijk Concertgebouworkest speelt THE BEST OF BERNSTEIN

A Quiet Place door Opera Zuid: productie van het jaar?

TROUBLE IN TAHITI: film van Tom Cairns

LEONARD BERNSTEIN: Mass. A Theatre piece for singers, players and dancers

 

 

 

 

WONDERFUL TOWN

Wonderful town.jpg

Die Sir Simon Rattle toch! In 1999, tien jaar na het enorme succes van Porgy and Bess ‘he did it again’ en trakteerde ons op een absoluut meesterlijke uitvoering van Wonderful Town, een bijna vergeten musical van Leonard Bernstein.

Het kleine meesterwerkje ontstond in maar vier weken. Het verhaal over twee zusjes uit Ohio die het in New York gingen maken, is buitengewoon geestig en onderhoudend. Voor de tekst – naar een boek, toneelstuk en film My sister Eileen – tekenden Betty Comden en Adolph Green. De première in 1953 werd een enorm succes en de musical werd bekroond met maar liefst acht Tony Awards.

Kim Criswell (de intelligente Ruth) en Audra McDonald (de mooie Eileen) zingen hun rollen met overtuiging en weten hun karakters volledig tot leven te wekken. Beide zangeressen beschikken over schitterende stemmen: McDonald lief en romig, Criswell pittig en krachtig.

Thomas Hampson – als de cynische uitgever Robert Baker – zingt hier één van zijn mooiste rollen en Brent Barrett is werkelijk subliem als de mislukte voetbalspeler Wreck.

Rodney Gilfry, die hier drie verschillende rollen zingt, overtuigt alweer als één van de grootste zangers-acteurs van onze tijd.

Het is ook bijzonder prettig om Karl Daymond weer eens tegen te komen. Na zijn veelbelovende debuut in 1995 als Aeneas naast Maria Ewing als Dido (Dido and Aeneas van Purcell)  was het een beetje stil rond hem.

‘Conga’:


Leonard Bernstein
Wonderful Town
Kim Criswell, Audra McDonald, Thomas Hampson, Brent Barrett, Rodney Gilfry, Karl Daymond e.a.
Birmingham Contemporery Music Group olv Simon Rattle
Warner Classics: 5181752

Roméo et Juliette van Berlioz. Mini discografie.

Berlioz-_Roméo_et_Juliette_-_Handbill_-_Holoman_p201

Hoe ik mijn best ook doe: ik krijg het werk niet “under my skin”. Denk nu maar niet dat ik geen oor heb voor de introverte ‘Roméo seul’ (die hobo alleen al!) of dat ik niet ontroerd wordt door zijn ‘Tristesse’. Ik kan bijna janken, zo mooi vind ik het en ook de liefdesnacht kan mij vochtige ogen bezorgen. En toch….Het voelt alsof een onzichtbare hand een muur tussen mij en de muziek heeft gebouwd, waar ik met geen mogelijkheid overeen kan klimmen.

Voor mij heeft de ‘dramatische symfonie’ ook te weinig drama, waardoor ik mijn gedachten amper bij de muziek kan houden. Wellicht moet ik er echt in berusten dat er nu eenmaal werken zijn waar je geen grip op kunt krijgen en die hun eigen weg buiten jouw genotsvermogen bewandelen? Soit.

Van de mij bekende opnamen vind ik de live-uitvoering door het Radio Filharmonisch Orkest en het Groot Omroepkoor het allermooist, met als solisten Géraldine Chauvet, Andrew Staples en Thomas Oliemans. De opname is gemaakt op 23 maart 2012 in Vredenburg , helaas is de opname uit Youtube verwijderd

LAMBERTO GARDELLI

Berlioz Gardelli

De lezing van Lamberto Gardelli uit 1983 met het orkest en koor van de ORF vind ik nogal zwaar op de hand en behoorlijk prozaïsch. Saai ook. Daar kunnen de mooie bijdragen van alle drie de solisten: Brigitte Fassbaender, Nicolai Gedda en John Shirley-Quirk weinig aan veranderen (Orfeo C087842 H)


 

 

RICCARDO MUTI

Berlioz-Muti

Muti nam het werk in 1986 op, met twee schitterende solisten: Jessye Norman en John Aler. Vooral de laatste weet bij mij gevoelige snaar te raken: zijn lichte en wendbare stem lijkt geschapen voor de solobijdragen van de tenor. Simon Estes (vader Laurence) vind ik helaas totaal miscast. Te zwaar, te donker, te ‘bassig.’ Weinig Frans ook.

Maar de directie van Muti kan mij zonder meer bekoren. Onder zijn hand klinkt het orkest uit Philadelphia lief en zacht. Spannend ook. ‘Scène d’Amour’ is bij hem echt liefdevol en de daaropvolgende ‘La Reine Mab’ heerlijk dansant en sprankelend. Het is alleen jammer dat de cd zo zacht is opgenomen!

Roméo et Juliette is gekoppeld aan de opname van Les Nuits d’été door Janet Baker onder John Barbirolli uit 1969 en dat is echt niet te versmaden! (Warner 50999 21764029)

Hieronder zingt Jessye Norman ‘Premiers transports’ uit de opname:


CHARLES DUTOIT

Berlioz Dutoit

Ook de opname die Charles Dutoit met het Montreal Symphony Orchestra voor Decca London nam stamt uit 1986. De opnameklank is duidelijk helderder, waardoor het werk nu iets evenwichtiger klinkt en makkelijker valt te beluisteren.

Florence Quivar vind ik nog mooier dan Norman, maar Alberto Cupido haalt het noch bij Gedda noch Aler. Tom Krause daarentegen is zonder meer de beste vader Laurence van de drie (Decca 4173022)


LEONARD BERNSTEIN

Niet compleet en alleen op You Tube, voor zo ver ik weet: Leonard Bernstein  repeteert het werk met het (jeugd) Schleswig-Holstein Musik Festival Orchester. Op een zeer ontroerende manier legt hij de jonge mensen uit waar de muziek over gaat: over henzelf.

Als geen ander wist Bernstein hoe belangrijk het was om de kennis en waardering aan de volgende generaties over te dragen en hoe de jeugd te enthousiasmeren.

De opname dateert uit 1989, toen was Bernstein al zwaar ziek en het betreft één van zijn laatste optredens. Ontroerender krijgt u het niet.

Dudamel dirigeert Mahler ‘light’

mahler

Ooit heb ik geschreven dat ik naar de tijd verlang toen elke nieuwe opname van een symfonie van Mahler een feest was. Je had toen dan ook echte ‘dirigeer-kanonnen’ die zich met de Oostenrijkse meester der meesters bezighielden. Tegenwoordig gaat er geen dag voorbij zonder dat er ergens zijn muziek wordt uitgevoerd, tot in de diepste provincies toe.

Nu is Gustavo Dudamel een zeer charismatische dirigent, men houdt van hem en zijn vaak onconventionele aanpak. Maar: kunnen jonge honden, hoe begaafd ook, alles spelen?

Mahlers negende symfonie is voor mij zijn meest vooruitstrevende compositie. Tijdens het componeren was hij al doodziek en zijn angst voor (en het uiteindelijke aanvaarden van) de dood kunnen alleen de grootste dirigenten en de beste orkesten overbrengen. Bij Dudamel blijft het onderbelicht.

Onder zijn handen klinkt het ‘Rondo Burlesque’ als een slappe aftreksel van een vroege symfonie van Sjostakovitsj. Dudamel neemt een te rustig tempo aan en houdt zijn toon heel erg mild, waardoor het minder wrang en – inderdaad -‘burlesker’ wordt. Maar in het Adagio versnelt hij zijn tempi aanzienlijk. Het verschil met de opname van het KCO onder Bernstein bedraagt maar liefst drie minuten!

Hoe wilt u uw Mahler hebben? Fullsound, met alles erop en eraan en druipend van emoties? Ga dan voor Bernstein met het Koninklijk Concertgebouworkest. Maar als u aan de lijn doet en alles het liefst zo ‘light’ mogelijk wilt hebben dan is deze opname onder Dudamel voor u.


Gustav Mahler
Symfonie nr.9
Los Angeles Philharmonic olv Gustavo Dudamel
DG 4790924 • 86’

 

 

 

Het eeuwige leven oftewel Věc Makropulos van Janáček

makropo

Het eeuwige leven, willen we het stiekem niet allemaal? Zeker als je daarbij jong, mooi en gezond blijft? En al helemaal als je een operazangeres bent en al die honderden jaren van je leven je stem kan vervolmaken. Helaas is er ook een keerzijde: je wordt cynisch en niets boeit je meer, ook de seks niet. Immers: je hebt het allemaal al gezien?

Emilia Marty (of Elina Makropoulos, of Eugenia Montez, of één van de andere van haar vroegere alter egos) brengt opschudding in het leven van iedereen, maar zelf blijft ze er kalm onder. Ooit heeft ze liefgehad, maar ook dat is al meer dan honderd jaar geleden. Nu lijkt haar einde toch dichterbij te komen, dus moet ze het ooit door haar vader uitgevonden elixer terug zien te vinden. Maar misschien is de dood toch de oplossing?

Věc Makropulos (De zaak Makropulos) van Janáček is een bijzondere opera, die veel stof levert om over na te denken. Een ‘gefundes fressen’ voor een regisseur, zou je zeggen, zeker ook omdat het libretto (Janáček zelf, naar het verhaal van Karel Čapek) werkelijk geniaal is en door de componist voorzien is van even geniale muziek.

makropulos-blu

Maar als je Christoph Marthaler heet, wil je het liefst een eigen stempel op de productie zetten en dat doet hij ook. De opera begint met een ‘stomme’ dialoog, die je middels ondertitels kan volgen. Nee, het staat niet in het libretto, maar de regisseur vond het blijkbaar spannend. Het heeft mij ook een paar uur gekost om erachter te komen dat het niet aan de dvd lag.

Of het een toegevoegde waarde heeft? Daar moet u zelf over oordelen. Voor mij hoeft het niet, de boodschap van de opera was zonder ook meer dan helder. Maar als je het eenmaal door hebt, is het ontegenzeggelijk spannend, al vraag ik mij af of het publiek links in de zaal iets kon zien, op de boventitels na.

Ik heb absoluut niets tegen modern theater, zeker niet als het goed en intelligent gedaan is. Als theater is de productie dan ook zeker boeiend. Maar Janáček is ver te zoeken, ook omdat het orkest weinig affiniteit met zijn merite heeft. Janáček is niet modern, meneer Salonen! Zelfs (of misschien juist?) in zijn gruwelijk omgekeerde sprookje ontbreekt het hem niet aan lyriek. En de accenten, de typische ‘Janáček-accenten’, die hoor ik ook nergens. Wat een misverstand!

makropolus-n

Er wordt ontegenzeggelijk goed tot zeer goed gezongen. Johan Reuter is een fantastische Prus en Raymond Very een zeer aandoenlijke Gregor. Angela Denoke is een rasartieste en al vind ik haar stem niet echt mooi, in haar rol is ze meer dan overtuigend.

De recensies waren bijna allemaal zeer lovend. Men prees het drama en de zangers. Zelfs Salonen werd bejubeld, dus het laatste oordeel is aan u. (Cmajor 709508)

Behind the scenes:

CD’S

makropolus

De 30 jaar oude klassieker onder leiding van Charles Mackerras klinkt nog steeds als een klok en is weinig voor verbetering vatbaar, helaas is hij niet (meer?) los verkrijgbaar. Decca heeft alle door Mackerras opgenomen opera’s van Janáček samengebundeld en in een 9 cd tellende box gestopt (4756872).  Op zich prima, zeker gezien de prijs, helaas krijgt u het libretto er niet bij. Maar de uitvoering is om te likkebaarden. Elisabeth Söderström is een voortreffelijke Emilia, Peter Dvorský een mooie Albert en Václáv Zítek een imponerende baron Prus.


makrol

In 2006 dirigeerde Mackerras de opera bij het English National Opera, in het Engels. De (live) opname verscheen op Chandos (CHAN 3138), en het is goed om het erbij te hebben. Cheryl Barker zingt een mooie, koele Emilia, misschien minder doorleefd dan Söderström, maar zeker niet minder sophisticated. En het Engels is een kwestie van wennen.