
Camerata RCO © Hans van der Woerd
Gustav Mahler associeert men niet met kamermuziek. Zijn pianokwartet is dan ook een jeugdig werkje (Mahler componeerde het toen hij nog geen zestien was, het was zijn afstudeerproject na zijn conservatoriumopleiding). Helaas is het complete werk verloren gegaan en is er maar het eerste deel bewaard gebleven.
Onnodig te zeggen dat het kwartet nog steeds diep geankerd is in de werken van Schubert en Brahms. Voornamelijk de laatste dan, iets dat je overduidelijk hoort in de melodische overgangen en het ‘aanreiken’ van het thema door de musici.
In al mij bekende opnamen speelt de piano er een ondergeschikte rol in, het zijn de strijkers die de melodie en de toon aangeven. Dat was nu niet het geval. Nino Gvetadze, de geweldige pianiste aan wie we het programma te danken hadden nam vanaf het begin het stuur in eigen handen en liet het niet meer los, waardoor het werkje opeens heel anders klonk. Steviger, nuchterder en voornamelijk minder zoet. Daar is zonder meer veel voor te zeggen, maar soms wil je je gewoon in de klanken verliezen en nu lukte het niet.

Nino Gvetadze © Concertgebouw
Bij Brahms werden de verhoudingen hersteld. Dat Nino Gvetadze verliefd is op Brahms was behoorlijk voel- en hoorbaar. In een interview in Pianowereld vertelde ze ooit dat in al zijn werken “zulke grote gevoelens in worden uitgedrukt”. Klopt. Iets wat zonder meer ook geldt voor het Trio in Es, waarin Brahms instrumenten die hij in zijn jeugd bespeelde combineert: hoorn, viool en piano.

Fons Verspaandonk © KKCO
Fons Verspaandonk bespeelde de natuurhoorn zeer liefdevol, het was alsof hij het publiek de boodschap van Brahms wilde duidelijk maken, want die boodschap, die zat er duidelijk in. Hoorn was het geliefde instrument van Brahms’ moeder en hij componeerde het werk in feite in haar nagedachtenis. Die boodschap overbrengen, dat lukte Verspaandonk meer dan uitstekend. De prachtige melancholieke derde deel, het Adagio Mesto raakte de luisteraar rechtstreeks in zijn hart.
Maar denk niet dat het een al treurnis was! Het Adagio is dan wel zeer melancholiek, maar van de rest van het werk spatte de levenslust af! En zo was de uitvoering ook. Levenslustig en met veel aandacht voor de dingen die voorbijgaan. En voor het eindige.

Ernő Dohnányi
Dat Ernő Dohnányi ooit pianist is geworden hebben we (ook) aan Brahms te danken. Hij was het namelijk die de jonge Hongaar aanspoorde om pianospelen als zijn beroep te kiezen. Daar werd hij zo gedreven en goed in dat hij één van de beroemdste pianopedagogen werd. Van zijn hand is ook het studieboek: “Die wichtigsten Übungen zur Erlangung einer sicheren Klaviertechnik”.
Maar ook in zijn loopbaan als componist werd Dohnányi door Brahms niet alleen geïnspireerd maar ook gestimuleerd. Zijn composities hebben – meestal – een klassieke vorm, bovendien klinken ze zeer (laat)romantisch.
Zo ook zijn Sextet in C voor een niet alledaagse bezetting: strijktrio, piano, hoorn en klarinet. Het is een beetje moeilijk – zo niet onmogelijk – om goed te kunnen duiden wat het stuk eigenlijk is, want de weemoed en de levenslust gaan hier met elkaar hand in hand. Vergeet ook de Hongaarse folklore niet en dan heb je een hybride van een compositie die eigenlijk geen andere doel lijkt te hebben dan de luisteraar te vermaken. Iets wat wonderwel lukte.
In dit stuk was de violist Marc Daniel van Biemen de ‘leider’ van het ensemble. Visueel dan, want het gebeurt zelden dat alle leden van een (toch wel een beetje ad hoc) ensemble zo fantastisch unisono kunnen spelen. Of ligt het aan hun ervaring als Concertgebouworkest-collega’s?
Wat het prachtige concert – onder andere – meer dan duidelijk heeft gemaakt is hoe groot de invloed van Brahms op andere componisten was geweest. Dat was uiteraard de bedoeling, maar het kan niet vaak genoeg herhaald worden. Bedankt!
Het concert is nog terug te beluisteren op radio 4 : https://www.nporadio4.nl/gids-gemist/2018-07-4
Mahler, Pianokwartet in a
Brahms, Trio in Es, op. 40
Dohnányi, Sextet in C, op. 37
Camerata RCO:
Marc Daniel van Biemen, Annebeth Webb (viool), Saeko Oguma (altviool), Johan van Iersel (cello), Hein Wiedijk (klarinet), Fons Verspaandonk (hoorn), Nino Gvetadze (piano)
Gehoord op 4 juli 2018 in de Kleine Zaal van het Concertgebouw in Amsterdam
Meer Camerata RCO: MAHLER 4 FOR ENSEMBLE