Mojca_Erdmann

Ik en opera’s van Haydn, zou het nog eens goed kunnen komen?

Haydn_-_Armida_-_titlepage_of_the_libretto,_1784

De ZaterdagMatinee opende haar seizoen in 2009 met Armida van Haydn. Ondanks de geweldige uitvoering van de topcast kon de opera mij niet boeien. Ik en opera’s van Haydn, zou het nog eens goed kunnen komen?

Op een kleine opleving in de jaren zeventig van de vorige eeuw na, toen Antal Dorati zich over het oeuvre heeft ontfermd, waren bijna alle opera’s van Haydn een stille dood gestorven. Ze werden bijna nooit meer uitgevoerd. Vergeten en onder een dikke laag stof verstopt. Terecht?

Daar kunnen we tegenwoordig makkelijk achter komen: we zijn in het Haydn-jaar beland (de componist is 200 jaar geleden gestorven) en dat zullen we weten ook. De ene na andere opera van hem wordt afgestoft en uitgevoerd.

Haydn Rinaldo_e_Armida,_Annibale_Carracci_001

Annibale Carraci: Armida en Rinaldo (1601)

Ook de ZaterdagMatinee heeft haar 49e seizoen geopend met Haydn: Armida, één van zijn meest bekende opera’s. Het verhaal van de tovenares Armida en de door haar in de val gelokte kruisridder Rinaldo was een inspiratiebron voor vele componisten. Ook Händel, Glück, Rossini en Dvorák (om een paar te noemen) hebben een opera over haar gemaakt.

Wat onderscheidt Haydn van zijn muzikale broeders? Voornamelijk heel erg veel noten. En heel erg veel da capo’s. Zonder fine. Een recitatief, een aria… Virtuoos, dat wel, en daar kun je, als je over mooie coloraturen beschikt, natuurlijk eindeloos in schitteren. Maar voor de toeschouwer is het allemaal toch iets te weinig om te boeien.

Althans voor mij. Heel erg dapper heb ik mij door de eerste helft geworsteld, met een zakdoek tegen mijn mond gedrukt (stel je voor dat ik betrapt werd tijdens het gapen!). Maar toen ik na de pauze op mijn goede zitplaats (de eerste rij balkon) plaatsnam en alvast begon te geeuwen, bedacht ik dat het misschien geen goed idee was om er langer te blijven.

Aan het orkest lag het niet. Onder de meer dan bezielde leiding van Jaap van Zweden speelden zij de sterren van de hemel. Strak, spannend, dramatisch, en waar nodig met de mooiste pianissimi. Hulde.

Aan de dirigent lag het ook niet. Jaap van Zweden deed alsof het de beste partituur was die hij in jaren op zijn lessenaar kreeg. Ik wou dat ik zijn passie voor die muziek kon delen.

Haydn MeaganMiller

Meagan Miller

Ook aan de zangers lag het niet. Meagan Miller (een last minute vervangster voor Eva Mei) was een felle Armida. Haar topnoten waren niet altijd zuiver en soms klonk ze een beetje schel, maar haar intensiteit en muzikaliteit waren meer dan indrukwekkend.

Haydn Gregory-Kunde_7396_credit-Chris-Gloag

Gregory Kunde © Chris Gloag / OnP

Gregory Kunde (Rinaldo) is een solide belcanto tenor met een mooi timbre en veel kleuren in zijn stem – daarmee is hij zonder meer één van de besten in zijn stemsoort.

Haydn

Mojca Erdmann ©Felix Broede

De nieuwe, onlangs door Deutsche Grammophon exclusief gecontracteerde ‘megaster’ Mojca Erdmann (Zelmira) klonk zoals de meeste ‘megasterren’ tegenwoordig klinken: e(so)therisch, hoog, licht en wendbaar.

Eenmaal thuis terug heb ik de radio aangezet, en toen kon ik opeens genieten. Wellicht moet je sommige opera’s op je gemak in je luie stoel beluisteren? Of misschien moet ik me maar met het idee verzoenen dat ik en Haydn (zijn opera’s, althans) elkaar niet liggen?

 

LULU: discografie

Lulu Pandora

Filmaffiche van Die Büchse der Pandora

Wie is Lulu? Wat weten we van haar? Bestaat ze echt of is ze niet meer dan een hersenschim?

In de eerste akte wordt een portret van haar geschilderd dat daarna als een rode draad door de opera loopt, als een soort portret van Dorian Gray. Wat er ook met Lulu gebeurt, haar portret verandert nooit.

Lulu Tilly Wedekind als Lulu und Frank Wedekind als Dr. Schön

Frank Wiedekind als Dr.Schön en zijn vrouw Tilly als Lulu in’Der Erdgeist’ ©Bildarchiv EFW

Alban Berg was behoorlijk door haar personage, afkomstig uit Wedekinds toneelstukken Der Erdgeist en Die Büchse der Pandora, geobsedeerd. Dat had wellicht ook met zijn persoonlijke leven te maken. Zij zou de personificatie van de Tsjechische Hanna Fuchs, Bergs laatste grote liefde, kunnen zijn. Maar er zijn ook muziekpsychologen die in Lulu Berg zelf willen zien…

Lulu Hanna_Werfel_Fuchs_Robettin

Hanna Fuchs

Lulu Alban&HeleneBerg

Alban Berg met zijn vrouw Helena. Hun huwelijk gold als voorbeeldig

Berg heeft zijn opera niet afgemaakt: toen hij in 1935 stierf, bestond de derde akte alleen uit sketches. Het was de Oostenrijkse componist Friedrich Cerha die 1979 de onvoltooid gebleven derde akte instrumenteerde, tot die tijd werden alleen de eerste twee akten opgevoerd.

Hieronder een selectie van de beschikbare opnames:

CD’s:

Teresa Stratas

Lulu Stratas

Waar u absoluut niet zonder kunt, is de allereerste opname van de complete opera met de door Cerha nagecomponeerde derde akte. Deutsche Grammophon maakte in 1979 direct na de Parijse première een studio-opname (DG 4154892).

Alle fantastische Lulu’s ten spijt, niemand kan zich met Teresa Stratas meten. Zelfs zonder het tekstboekje erbij kun je ieder woord niet alleen verstaan maar ook begrijpen.

Robert Tear is een heerlijk naïeve schilder en Franz Mazura een ongeëvenaarde Dr. Schön. De Alwa van Kenneth Riegel is een kwestie van smaak, maar zijn inleving is zowat volmaakt.

De ogenschijnlijk koele en analytische benadering van Pierre Boulez laat het drama nog meer zinderen.


Op YouTube is de complete opname op video te vinden:

Anneliese Rothenberger

Lulu Rothenberger

De opname die in 1968 door EMI is gemaakt (91233028) mag eigenlijk in geen verzameling ontbreken. Anneliese Rothenberger is een heel erg lichte, springerige Lulu, echt een onschuldig meisje.

Vergeet Gerhard Unger (Alwa), maar de verrassend lichte en sarcastische Dr. Schön van Toni Blankenheim (Schigolch bij Boulez) is werkelijk niet te versmaden.

Wat de opname extra begerenswaardig maakt, is Benno Kusche in de kleine rol van Tierbändiger. Ook de opname zelf klinkt verrassend goed.


Ilona Steingruber

Lulu Steingruber

Bij de naam van Ilona Steingrubber rinkelt er tegenwoordig geen belletje, maar in haar tijd was ze een gevierd sopraan, met op haar repertoire onder anderen Mahler, Korngold, Strauss en Alban Berg.

Op de door Herbert Häfner gedirigeerde opname uit 1949 (Archipel Desert Island Collection ARPCD 0540) zingt Steingrubber een zeer sensuele Lulu: erotisch en opwindend in haar zang en opmerkelijk kinderlijk in de dialogen.

Otto Wiener is een zeer autoritaire Dr. Schön en Waldemar Kmentt een niet echt idiomatische maar wel zeer aanwezige Maler. De confrontatie tussen de twee, ‘Du hast eine halbe Million geheiratet’, is dan ook bijzonder spannend.



DVD’S

Evelyn Lear

Lulu-Lear

Met haar filmsterrenlook en stem als een engel werd Evelyn Lear in de pers aangeduid als ‘Elisabeth Taylor meets Elisabeth Schwarzkof’. Zelf vind ik de in de jaren ’60 tot ’80 zeer populaire Amerikaanse sopraan veel interessanter dan haar Duitse collega.

Lear was één van de grootste en beste pleitbezorgsters van de moderne muziek. Op 9 juni 1962 zong ze de rol van Lulu in de eerste Oostenrijkse productie van het werk, in het net heropende Theater an der Wien. Ik kan me indenken dat het chique premièrepubliek moeite had met de enkel in nauwsluitend korset en netkousen geklede prima donna, maar als dat zo was, dan lieten ze het niet merken.

De regie lag in handen van de toen nog piepjonge Otto Schenk, die het libretto op de voet volgde. Dat Paul Schöffler (Dr. Schön) mij aan professor Unrath uit Der blaue Engel deed denken, is natuurlijk geen toeval. Net zo min als zijn gelijkenis met Freud.

De laatste scène, beginnend met de smeekbede van Geschwitz, gevolgd door de beelden van Jack the Ripper, kon net zo goed uit één van de beste Hitchcocks zijn overgenomen. Zeker ook omdat Gisela Lintz, die de rol van de gravin zingt, veel weg heeft van één van de geliefde actrices van de regisseur.

Het is ook buitengewoon spannend om naar het dirigeren van Karl Böhm te kijken. Zo heftig gebarend heb ik hem nog nooit gezien. Een absolute must (Arthaus Musik 101 687).

Hieronder de trailer:

Julia Migenes

Lulu-Migenes

Nooit heb ik begrepen waarom men Julia Migenes niet vaker ‘echte’ opera’s liet zingen. Ze was een grote ster op Broadway en schitterde in verschillende muziekfilms, maar buiten Lulu heeft ze naar mijn weten maar weinig andere operarollen op de planken gebracht. Zowel haar verschijning als haar acteren zijn zo formidabel dat men het haar vergeeft dat ze niet altijd zuiver zingt.

Franz Mazura is een fenomenale Dr. Schön. In de scène waarin hij de afscheidsbrief aan zijn verloofde schrijft, kun je bijna zijn zweet ruiken. Wat een prestatie!

Als Geschwitz maakt de inmiddels ouder geworden maar nog steeds in alle opzichten prachtige Evelyn Lear haar opwachting.

De zeer fraaie productie van John Dexter werd in 1980 in de Metropolitan Opera opgenomen (Sony 88697910099). Op de website van JPC zijn fragmenten uit de productie te bekijken.

Agneta Eichenholz

Lulu-Eichenholz

Deze kale productie van Christof Loy werd in juni 2009 in het Londense Royal Opera House opgenomen. Loy heeft de opera helemaal gestript en teruggebracht tot de pure essentie, iets wat ik zeer fascinerend vind. Door zijn minimalistische aanpak kan alle aandacht besteed worden aan de personages, hun beweegredenen en hun ontwikkeling.

Wat u ook van de regie denkt: muzikaal zit het snor. Antonio Pappano doet met het orkest werkelijk wonderen; zo transparant en tegelijkertijd zo emotioneel geladen hoor je de muziek zelden.

Klaus Florian Vogt kan mij als Alwa niet echt overtuigen, maar Jennifer Larmore is een buitengewoon aantrekkelijke Geschwitz. En Agneta Eichenholz (met haar grote ogen zowat de reïncarnatie van Audrey Hepburn) is een in alle opzichten mooie Lulu. Michael Volle is voor mij, na Franz Mazura de beste dr.Schön Schön (Opus Arte OA 1034 D).

Hieronder een fragment uit de productie:

Patrizia Petibon

Lulu-Betibon

Ik ben geen fan van Patrizia Petibon: ik vind haar vaak aanstellerig. Haar stem is ook aan de kleine kant, waardoor ze vaak moet forceren. Niet bevorderlijk voor de zeer hoge en moeilijke noten die Berg zijn hoofdrolzangeres laat zingen. Ook fysiek vind ik haar niet bij de rol passen. Ze is geen ‘Lolita’, maar een als een klein meisje uitgedoste volwassen hoer met dito gedrag.

Ik heb ook moeite met Geschwitz (de mij onbekende Tanja Ariane Paumfartner), maar de rest van de zangers zijn meer dan excellent, met de onvolprezen Michael Volle als onnavolgbaar goede Dr. Schön.

Thomas Piffka is een voortreffelijke Alwa, onmiskenbaar een componist die continu aan zijn opera bezig is. Pavol Breslik is een geile Maler, Grundhebber een fantastische Schigolch en Cora Burggraaf een sprankelende Gymnasiast.

De productie van Vera Nemirova (Salzburg 2010) is kleurrijk en zeer expressionistisch. Marc Albrecht is voor het werk een perfecte dirigent: het Weense orkest laat zich onder zijn leiding van zijn allerbeste kant horen (Euroarts 2072564).

Hieronder de trailer:

Mojca Erdmann

Lulu Erdman

Wie op het onzalige idee is gekomen om voor deze productie in Berlijn in 2012 een onbekende en onbetekende componist (hebt u ooit van David Robert Coleman gehoord?) Lulu opnieuw te laten componeren, weet ik niet, maar ik denk het hem of haar niet in dank af.

Alleen de derde akte is aangepast, want aan de echte Berg durfde men niet komen. Althans… de proloog is wel geschrapt, waardoor de opera naar de sodemieter is geholpen. Daarvoor in de plaats krijgen we een man, die liggend Kierkegaard citeert: “Alles Erlebte tauche ich hinab.” Ja ja…

Andrea Breth, inmiddels op mijn ‘no-no-lijstje’ van regisseurs laat zich hier van haar slechtste kant zien. De productie is dodelijk saai. Noch de etherisch zingende Mojca Erdmann, noch de verschroeiende Deborah Polaski, noch Michael Volle of Thomas Piffka kunnen er iets aan doen dat hier een meesterwerk om zeep wordt geholpen (DG 0734934).

Lulu van William Kentridge ging over William Kentridge

Lulu Kentridge

Untitled II (Drawing from Lulu), 2015 by William Kentridge

De grote hoeveelheid publiciteit die regisseur William Kentridge in aanloop naar de première van Lulu bij De Nationale Opera genereerde, bleek van profetische waarde te zijn. Deze Lulu gaat over hem, en veel minder over Berg en de muziek die hij schreef.

Dat Lulu van Alban Berg geen makkelijke opera is weet iedereen die zich er ooit in verdiepte en dan heb ik het niet alleen over de twaalftoonsmuziek.

Ook de hoofdpersoon is moeilijk en ongrijpbaar en de personages om haar heen zijn, op Geschwitz na, verre van sympathiek. Toch wordt de opera best vaak uitgevoerd, wat zonder meer te danken is aan de regiemogelijkheden die het libretto biedt.

Voor de nieuwe Amsterdamse productie heeft men William Kentridge weten te strikken: een icoon uit de hedendaagse visuele kunst die voornamelijk beroemd is om zijn tekeningen, animatiefilms en installaties. De laatste tijd doet hij er ook opera bij.

In aanloop naar de première zijn er in alle media tientallen artikelen, interviews en beschouwingen over en met Kentridge verschenen. Die gingen – voornamelijk – over zijn levensloop, zijn werk, en de situatie in Zuid Afrika, toen en nu. Men was een beetje de componist en zijn schepping uit het oog kwijtgeraakt. Het ging nog maar zelden over Berg en zijn Lulu.

Zo heb ik ook de voorstelling ondervonden. Alle aandacht ging naar de bewegende beelden, filmpjes, tekeningen en de groots geprojecteerde krantenknipsels en –koppen. Het was zonder meer fascinerend en je kwam ogen (maar ook bewuste aandacht) te kort om het allemaal te kunnen bevatten. Maar onder dat visuele geweld raakte de opera zelf ondergesneeuwd.

Lulu-Clärchen-Matthias-Baus-2

Jennifer Larmore (Gräfin Geschwitz), Daniel Brenna (Alwa), Franz Grundheber (Schigolch), Mojca Erdmann (Lulu)

Kentridge maakte de handeling ondergeschikt aan de beelden en als het Koninklijk Concertgebouworkest onder de zeer bekwame leiding van Lothar Zagrosek niet hemels had zitten spelen in de bak, dan was je waarschijnlijk ontgaan dat er ook muziek bij was. De voorstelling ging, net als de media-aandacht vooraf, niet over Lulu, maar over Kentridge en zijn wereld.

In één van zijn interviews zei Kentridge dat de opera gaat over “de breekbaarheid of de onmogelijkheid of de fragmentatie van het verlangen”. Dat is volgens mij de clou: de regisseur wilde (of kon) nergens kiezen welke kant hij eigenlijk uit wilde gaan.
Zijn regieconcept was er geen.

Wat ik hem echter het meeste kwalijk neem, was dat een degelijke personenregie vrijwel volledig ontbrak. De personages kwamen nergens tot leven. Ze waren net als Kentridges tekeningen: vluchtig aangestipt, her en der dik aangezet, maar nergens van vlees en bloed.
Niettemin werd de sfeer – het interbellum ontmoet het Duitse expressionisme bijzonder goed getroffen, wat nog versterkt werd door de vele getekende en geanimeerde portretten van o.a. Berg zelf.

Mojca Erdmann was een zeer mooie en lenige, maar nergens sensueel – erotische Lulu. Haar hoge noten waren onberispelijk, maar nergens kon ik een lijn in haar zang ontdekken. Wat zij deed voelde als zingen van losse klanken.

lulunews

Jennifer Larmore (Gräfin Geschwitz), Mojca Erdmann (Lulu)

Berg hield van Gräfin Geschwitz. Voor haar hart van goud en haar opofferingen beloonde hij haar aan het einde van de derde akte met een heuse aria, die mij altijd aan “Erbarme dich” van Bach doet denken. Het was ook het allereerste moment van de avond dat ik emotie voelde. Jennifer Larmore zong de aria zo hartroerend mooi en met zo veel inleving, dat ik even naar een zakdoekje moest grijpen.

Johan Reuter was een autoritaire Dr. Schön: goed gezongen en geacteerd. Toch voelde ik zijn breekbaarheid niet. Ik rook zijn zweet niet en zijn paranoia in de tweede akte kwam zeer onbegrijpelijk over.

Mojca Erdmann (Lulu),  Daniel Brenna (Alwa)

Mojca Erdmann (Lulu), Daniel Brenna (Alwa)

 Een beetje moeite had ik ook met Alwa van Daniel Brenna. Ik vond zijn stem iets te veel aan lyrische kant (ja, ik weet dat hij inmiddels ook Siegfried heeft gezongen!) en zijn hoogte klonk soms een beetje geknepen.

Mojca Erdmann (Lulu), William Burden (Der Maler)

Mojca Erdmann (Lulu), William Burden (Der Maler)

William Burden was een voortreffelijke Maler. Zijn emoties wist hij goed over te brengen in zijn zang. Des te ontnuchterender was de aanloop naar zijn zelfmoord. Het was alsof hij aankondigde zich te gaan scheren. Maar misschien was dat juist de bedoeling? Ook als de behoorlijk karikaturaal aangezette Neger was hij goed.

Werner van Mechelen was zeer goed op dreef als de dierentemmer en zijn Athleet zong hij zeer gespierd. Dankzij zijn stem-acteren wist hij ook iets van de beweegredenen van de verrader en afperser over te brengen, want ook hier heeft de regisseur het laten afweten.

Met zijn sonore bas zorgde Julian Close (Der Bankier) voor een paar onvergetelijke minuten van zanggenot. Pluimpje ook voor Roger Smeets, die in zijn klein rolletje als journalist heeft bewezen dat kleine rollen soms groot kunnen zijn.

Het was echter Franz Grundheber (77 jaar!) die in zijn rol als Schigolch de show stal.. Alleen al voor zijn fenomenale zang/acteer prestatie was de gang naar het Muziektheater de moeite waard.

Repetitor Ernst Munneke legt uit wat de muziek in Lulu zo bijzonder maakt:

 

Trailer van de productie:

 

alle foto’s:  Clärchen & Matthias Baus

Alban Berg
Lulu
Mojca Erdmann, Jennifer Larmore, Johan Reuter, Daniel Brenna, Franz Grundhebber, Werner van Mechelen, William Burden e.a.
Koninklijk Concertgebouw Orkest olv Lothar Zagrosek
Regie: William Kentridge

Bezocht op 1 juni 2015

Discografie: LULU: discografie

Productie van Warlikowski in Brussel: LULU van Krzysztof Warlikowski. Brussel 2012

Zie ook het interview met Jennifer Larmore: JENNIFER LARMORE

Wozzeck van Kentridge: ‘Wozzeck’ uit Salzburg: veel Kentridge, weinig Berg