Peter_Sidhom

Peter Grimes in Gent: herinneringen aan een prachtige productie

GrimesGent3

Stel je één van de mooiste steden ter wereld voor, badend in de namiddagzon na een flinke onweersbui. Eerst overheerlijke frietjes, weggespoeld met een verrukkelijk ‘bolleke’ op een terrasje. En dan mag je naar de opera.

Het operahuis zelf is net een bonbonnière. Het lijkt een beetje op die van Antwerpen, maar dan kleiner en nog mooier, met wellicht de fraaiste foyer die je je kan bedenken.

Raar maar waar: het was mijn eerste bezoekje aan het operahuis in Gent. Een bezoekje dat niet anders dan een enorm succes kan worden genoemd. Niet alleen vanwege die oogverblindende entourage, die uiteraard slechts buitenkant was, maar vooral vanwege de opera zelf. Daar kan ik kort over zijn: meesterlijk.

Peter Grimes van Benjamin Britten is geen gemakkelijke opera. Niet omdat de muziek zo moeilijk is. Britten spreekt een zeer begrijpelijke taal, die het midden houdt tussen Berg (Wozzeck), Kurt Weill en Cole Porter (ja, echt waar!). Een taal die bovendien sterk in de Verdiaanse traditie is verankerd.

Nee, het is het verhaal, het thema dat ons ongemakkelijk op onze stoelen laat schuiven. Want laten we wel zijn: hebben we ons er allemaal niet minstens een keer aan bezondigd? Aan het veroordelen zonder de feiten te kennen? En hebben we allemaal niet wel eens moeite met een vreemdeling (gehad)? Iemand die zich niet wil/kan aanpassen? Die bovendien zelf een gespleten persoonlijkheid heeft? Aan de ene kant hunkert hij naar liefde en geborgenheid, aan de andere wilt hij niets anders dan onafhankelijk en zichzelf blijven zonder zich te hoeven conformeren. Tel daarbij een gezonde portie zelfhaat…

GrimesGent2

De productie van David Alden, oorspronkelijk voor de English National Opera gemaakt, werd vorig jaar bekroond met de prestigieuze South Bank Show Award. Hoe terecht! Zelden zie je een regie waarin traditie, vooruitstrevendheid en begrip voor de menselijke psyche zo hand in hand samengaan.

Alden oordeelt niet, dat laat hij aan ons over. Hij laat ons kennismaken met de moeilijke hoofdfiguur, die wellicht schuldig is, maar misschien ook niet. En hij laat ons kennismaken met de maatschappij die hem uitspuugt. Onder de dunne schil van het pseudo-fatsoen gaat hun eigen onfatsoen schuil: zuipen, spuiten, slikken, seksueel misbruik, bemoeienissen met andermans levens, roddels, geruchten. En waar een opgewonden menigte is, is een lynch nooit ver weg.

Mrs. Sedley (een bijzonder sterke, hoewel misschien iets te jong ogende Carol Wilson) is verslaafd aan kalmeringsmiddelen en is beslist niet vies van mannen. Haar obsessie met de misdaad doet het Nederlandse publiek niet alleen aan de in wezen lieve Miss Marple of Jessica Fletcher denken, maar ook (of misschien wel voornamelijk) aan onze eigen misdaadopspoorder, Peter R. de V.

Grimes Gent 549884d279266

Auntie (een fantastisch ogende en dito zingende Rebecca de Pont Davies) is hier geen goedmoedige kroeg- en bordeeluitbaatster. Het meeste lijkt zij op Otto Dix en zijn schilderijen. En een beetje op Marlene Dietrich. Noch man, noch vrouw. Haar expressionistische, decadente verschijning roept herinneringen op aan het Berlijn en haar vluchtelingen uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Eén van de (lichte) verwijzingen naar de tijd van de handeling. Maar ook een nadenkertje.

Grimes Gennt nichtjes

De beide ‘nichten’ (Liesbeth Devos en Tineke Van Ingelgem) lijken net een Siamese tweeling. Ze zijn eeuwig aan elkaar verbonden en lijken in hun autisme zowat de zusters van John, de nieuwe leerjongen van Grimes. Over psychodrama gesproken!

De grotesk aandoende, cokesnuivende Ned Keene had geen betere vertolker dan de jonge Leigh Melrose kunnen krijgen en Philip Sheffield was een werkelijk fenomenale Reverend Horace Adams.

Grimes Gent 549884d4189ed

In de visie van Alden is kapitein Balstrode fysiek gehandicapt. Hij heeft maar één arm en loopt met een stok. Gek genoeg heb ik het al eerder gezien, in de Düsseldorfse productie geregisseerd door Imre Karaman. Toeval?

Peter Sidhom was in de rol van Balstrode een meer dan ideale bezetting. Hij heeft een sterke, bronzen geluid, wat hem een zeker overwicht geeft. Je snapt dan ook meteen waarom iedereen naar hem luistert en waarom Grimes zonder morren zijn raad opvolgt. Maar hij kan ook fluisteren. En acteren.

Ellen Orford (bij vlagen een beetje scherpe Judith Howard) is bij Alden iets anders dan wij haar kennen. Het gaat te ver om haar onverschillig te noemen, maar op de een of andere manier wilt ze toch van het eventuele misbruik van het kind door Grimes niets weten. In de hoop dat haar droom niet verstoord wordt?

Grimes Gent 549884d367276

Peter Grimes (een fabuleuze Jorma Silvasti) zet een mens van vlees en bloed neer. Normaal, of juist niet. Geen brullende ‘Wagner-tenor’, maar een bij vlagen lyrische dromer. Standvastig in zijn beslissingen, maar ook bang voor zichzelf. En voor wat komen gaat.

De meesterlijk opgebouwde scène waarin hij – opgeschrikt door de naderende menigte – het touw laat vallen waardoor John dodelijk verongelukt, is werkelijk huiveringwekkend. Maar dan, aan het eind, als hij het lichaam van het dode kind zachtjes in zijn armen wiegt, dan laat hij voor het eerst zijn echte gevoelens zien. Hartroerend.

Het was de eerste keer dat Leif Segerstam Peter Grimes dirigeerde en hij deed het voortreffelijk. De zee uit de partituur was onder zijn handen woest tijdens de storm en fluisterzacht aan het eind. Petje af!

Ook het koor van de Vlaamse Opera (koordirigent Yannis Pouspourikas) kweet zich voortreffelijk van zijn moeilijke rol.

Niet onvermeld mogen blijven de magische en zeer fascinerende belichting van Adam Silvermann en een werkelijk slimme, ter zake doende en mooie choreografie van Maxine Braham.

Ik kan eigenlijk helemaal geen minpunten bedenken, of het moet het zeer moeilijk verstaanbare Engels van Judith Howard zijn. Of de niet helemaal vlekkeloze cellosolo. Maar dan ben je echt op zoek naar futiliteiten.

Bezocht op 3 juli 2010 in Vlaamse Opera Gent

Alle foto’s © Annemie Augustijns.

Adams’ Nixon in China mooi uitgevoerd in Parijs

Tekst: Peter Franken

Nixon news

In februari 1972 bracht de Amerikaanse president Richard Nixon een staatsbezoek aan China. Vijftien jaar later maakten John Adams en Peter Sellars daar een opera van. De wereldpremière van Nixon in China vond plaats in Houston, oktober 1987, als opdrachtwerk van vier operahuizen waaronder ook DNO.

Hieronder een fragment uit de derde acte uit Houston:

De Europese première in het Muziektheater liet dan ook niet lang op zich wachten: juni 1988. De eerste intendant van DNO in de nieuwe behuizing, Jan van Vlijmen, was toen alweer vertrokken. Dat neemt niet weg dat Nixon op diens artistieke conto moet worden geschreven. Bij zijn aantreden had van Vlijmen gezegd: ‘Ik wil 25 nieuwe producties in vijf jaar maken, want je kunt niet met het verleden dat nieuwe Muziektheater binnen’. Het was hem niet vergund dat te realiseren maar dit nieuwe opdrachtwerk zat al hoog en breed in de pijpleiding toen hij het veld moest ruimen.

Aanvankelijk was er wereldwijd wel belangstelling voor Nixon, na 1990 echter niet meer. Na langere tijd was er een bescheiden revival, in gang gezet door een nieuwe productie van ENO in 2000, maar veel meer dan een enkele productie hier en daar zat er niet in. In 2011 beleefde het werk eindelijk zijn première in de MET. Op 11 februari 2017 werd een concertante uitvoering gegeven door het Nationaal Jeugd Orkest in de NTR ZaterdagMatinee.

In een artikel over Philip Glass’ Einstein on the beach beschreef Franz Straatman de oorsprong en verdere ontwikkeling van minimal music en stelde vervolgens: ‘de navolgende generatie Amerikaanse componisten met John Adams als meest spraakmakend, benutten de minimale techniek in maximale zin, getuige Adams’ orkestwerken en zijn opera’s Nixon in China en Doctor Atomic’. Echter Nixon is niet te vergelijken met Einstein maar eerder met later werk van Glass zoals Waiting for the barbarians, in 2006 in het Muziektheater te zien in een productie uit Erfurt.

Nixon in Châtelet

Nixon02

©Marie-Noëlle Robert

Het Théâtre du Châtelet is het muziektheater van de stad Parijs. Het heeft geen vaste bespelers maar werkt geheel op basis van gastprogrammering en ad hoc producties. Zo nu en dan leidt dat tot een spraakmakende opera op het affiche. Denk aan Les Troyens en Medée, beiden o.l.v Gardiner en met Antonacci in een hoofdrol, en Die Feen, de allereerste opera van Richard Wagner. In 2012  was daar ineens een nieuwe Nixon in China in een gloednieuwe eigen productie. Ik bezocht de première op 10 april.

nixon-in-china-chatelet-00

© Marie-Noëlle Robert

De opera begint met de aankomst van Nixon op het vliegveld van Beijing. Hij komt de vliegtuigtrap af en zwaait naar zijn gastheren. Daarna volgt een scène waarin hij wordt ontvangen door Mao. Dit deel is een conversatiestuk: Mao spreekt in propagandistische beelden, Nixon en Kissinger begrijpen hem nauwelijks en praten maar wat terug. Drie secretaresses schrijven alles nauwgezet op. Het geheel is wat statisch en doet de toeschouwer verlangen naar een werk als Capriccio. Ook daarin wordt aanhoudend gepraat maar het is wel een stuk levendiger.

Nixon in China16

© Marie-Noëlle Robert

Tijdens de scène in de Grote Hal van het Volk brengen Chou En-lai en Nixon wederzijdse toasts uit. Prominent in beeld is een woud aan televisieschermen waarop zowel de actuele gebeurtenis als archiefbeelden van het leven in de jaren ’70 in de VS en China te zien zijn. Impliciet worden de verschillen in politiek klimaat en levensstandaard beklemtoond.

Nixon09

©Marie-Noëlle Robert

De volgende dag bezoekt Pat Nixon een fabriek waar glazen olifanten worden gemaakt, een varkensboerderij, het Zomerpaleis en zo meer. Als ze een olifantje als aandenken meekrijgt vertelt ze opgetogen dat de olifant het symbool is van de Republikeinen, haar politieke partij.

Pat Nixon (June Anderson) bezoekt een olifanten farm ‘This is prophetic!’

Die avond staat een voorstelling met muziek en dans op het programma, getiteld ‘De rode vrouwenbrigade’, geheel in de stijl die gangbaar was tijdens de Culturele Revolutie.

Nixon07

©Marie-Noëlle Robert

Hierin wordt een actrice zozeer belaagd door een slechterik dat Pat vergeet waar ze is en het toneel opgaat om in te grijpen. Daarna zingt Madame Mao het bekende ‘I am the wife of Mao Tse-tung’.

Hieronder Sumi Jo zingt ‘I am the wife of Mao Tse-tung’ voorafgegaan door balletscène:

De laatste scène laat de verschillende koppels aan het woord, in toenemende mate in privé conversatie. De sfeer wordt intiem, de echtparen dansen wat met elkaar of om elkaar heen. Kissinger en Chou En-lai lopen er wat verloren bij. Aan het slot zingt Chou ‘I am old and I cannot sleep’.

De uitvoering

Nixon in China19

June Anderson als Pat Nixon © Marie-Noëlle Robert

De door mij bezochte voorstelling was een groot succes. Er werd uitstekend gezongen en gemusiceerd. Franco Pomponi wist te overtuigen als Nixon, dit ondanks de geringe fysieke gelijkenis met de echte Nixon. Dat was anders bij June Anderson, volledig opgemaakt als First Lady Pat en in deze rol geheel in haar element. Ook bij Alfred Kim (Mao), Kyung Chun Kim (Chou) en Peter Sidhom (Kissinger) was sprake van goede typecasting.

Nixon Sumi

© Marie-Noëlle Robert

De meeste aandacht ging echter uit naar Sumi Jo die de rol van Madame Mao vertolkte. Ze bracht haar coloratuuraria met daarin een hoge D met verve en zag er verder net zo angstaanjagend uit als het echte kopstuk van wat indertijd ‘De bende van Vier’ werd genoemd. Die laatste constatering brengt mij bij de volgende beschouwing.

Actualiteit in operalibretti

Hedendaagse gebeurtenissen moeten een flinke langdurende impact hebben om interessant te blijven voor latere generaties operabezoekers. Nixon in China is voor ouderen wel aardig maar voor de generatie vanaf geboortejaar 1970 nauwelijks interessant. Nixons bezoek aan China zorgde in 1972 voor een politieke aardverschuiving binnen de koude oorlog arena maar de impact daarvan is inmiddels sneeuw van eergisteren. En wie weet er nu nog iets van ‘De bende van Vier’? Hooguit wordt die aanduiding nog wel eens in overdrachtelijke zin gebruikt zoals ook ‘De drie musketiers’ maar over de oorsprong en achtergrond tast men al gauw in het duister.

Iets dergelijks zien we bij de volgende Adams-Sellars productie The death of Klinghofer. De meeste operabezoekers zullen nog maar een vaag idee hebben waar dat eigenlijk over gaat. Wat dat betreft is het Manhattan Project in Doctor Atomic een veel betere keuze. De impact van de ontwikkeling van de atoombom is enorm en van blijvende aard. Het heeft de wereld definitief veranderd. Daardoor is dit onderwerp ook voor latere generaties direct aansprekend. De tijd zal het moeten leren maar persoonlijk verwacht ik dat deze opera meer kans heeft repertoire te houden dan Nixon en Klinghofer.

Teaser van Doctor Atomic door De Nationale Opera in Amsterdam:

Marin Alsop dirigeert NIXON IN CHINA