Jakub_Hrusa

Katia Kabanova was een triomf voor Corinne Winters

Tekst: Peter Franken

Barrie Kosky regisseerde voor de Salzburger Festspiele van 2022 dit drama over een jonge koopmansvrouw in een ongelukkig huwelijk met een echtgenoot die haar verwaarloost en een opdringerige tirannieke schoonmoeder die haar hinderlijk volgt. Als haar man Tichon Kabanov op reis is verklaart haar aangetrouwde neef Boris haar zijn liefde, en ze gaat erop in. De thematiek is een hybride van die in Jenůfa en Lady Macbeth van Mtsensk.

Kosky over Katia Kabanova:

De handeling speelt zich af midden 19e eeuw in een plaatsje aan de Wolga. We zitten in centraal Rusland en zodoende is Tichons zakenreis naar Kazan alleszins aannemelijk in een tijd van paarden en rijtuigen. Katia is weliswaar ongelukkig in haar huwelijk maar dat komt niet zozeer door het onverschillige gedrag van haar echtgenoot – die gedraagt zich niet heel anders dan andere mannen in zijn positie – maar door het tirannieke gedrag van haar schoonmoeder.

Deze weduwe wordt Kabanicha genoemd en is al net zo’n ‘present from hell’ als haar naamgenoot in Jenůfa. De geadopteerde wees Varvara neemt het regelmatig voor Katia op maar dat heeft weinig effect.

Als Katia haar vertelt dat ze een onbedwingbare crush heeft op haar aangetrouwde neef Boris die bij zijn oom Dikoj inwoont en het daar ook niet gemakkelijk heeft, moedigt Varvara haar aan daar werk van te maken als Tichon langere tijd weg is.

Tien nachten lang wandelen beide jongedames langs de Wolga met hun minnaars, Boris respectievelijk de schoolmeester Kudrjás, waarbij ‘wandelen’ uiteraard een eufemisme is. Katia voelt zich echter zo schuldig als Tichon weer terug is dat ze ten overstaan van de hele goegemeente alles eruit flapt.

Kudrjás en Varvara houden de eer aan zichzelf en verlaten het dorp, op zoek naar een nieuw bestaan in Moskou. Katia blijft wanhopig achter, getreiterd en vernederd. Als Boris door zijn oom naar Siberië wordt gestuurd springt ze in de Wolga en verdrinkt.

Tegen de achterwand van het brede toneel van de Felsenreitschule heeft Kosky een enorme groep etalagepoppen geplaatst, drie rijen dik en alledaags gekleed.

Ze staan met hun rug naar de zaal, symboliseren de dorpsgemeenschap waarbinnen Katia zich volledig geïsoleerd voelt. De handeling speelt zich ervoor af, zonder rekwisieten of decorstukken. Er wordt veel van links naar rechts gehold, en weer terug. Soms komt het wat geforceerd over en dan weer opzettelijk nogal kinderlijk, vooral bij Varvara. Maar als het erom spant wordt er geacteerd met een ingehouden intensiteit, vooral in de scènes van Katia met Boris.

De kostuums van Victoria Behr zijn redelijk eigentijds maar nogal aan de fletse kant. Alleen Varvara en Katia mogen wat kleur tonen, vooral de springerige Varvara.

We zien Jens Larsen als de onaangename oom van Boris en Evelyn Herlitzius als de nog veel onaangenamere Kabanicha. In een dronken bui weten die twee elkaar ook nog even te vinden, ach ja, allebei zonder partner dus dan mag het. Hij kruipt rond in een felrode onderbroek en zij speelt de meesteres in dit goedmoedige sadomasochistische intermezzo. Kosky kon het kennelijk niet laten om hier iets grappigs van te maken.

Kudrjás komt voor rekening van Benjamin Hulett en Jarmila Balazova is een leuke ongezeglijke Varvara, de intellectueel en het jonge meisje, prima koppel, gauw wegwezen uit dat dorp. Zijn wetenschappelijke kennis wordt overigens ook nog kort gememoreerd in een verhandeling over het nut van bliksemafleiders, een nieuwigheid.

Het gedoemde tweetal Boris en Katia is in handen van David Butt Philip en Corinne Winters . Zeer goed spel van beiden. Waar vrijwel alle aandacht naar uitgaat is de vertolking van Katia door Corinne Winters. Ze weet perfect de innerlijke onrust te tonen van iemand die radeloos verliefd is maar daar niets mee aankan. Rondhollend en om haar as draaiend, dan weer verstild, maar geen moment rustig. En het is dezelfde innerlijk onrust die haar als het ware ertoe dwingt om seks met Boris te hebben als die maakt dat ze vervolgens alles en plein publique opbiecht. Waarmee ze en passant het leven in het dorp niet alleen voor zichzelf maar ook voor Boris onmogelijk maakt. Ze kan niet meer vrij denken, zegt ze; dat wil zeggen dat ze met een ander lichaamsdeel ‘denkt’ dan haar hoofd.

Winters’ zang is om door een ringetje te halen, vlekkeloos mooi in alle registers en met een enorme emotionaliteit. Het was een hoogtepunt in haar ‘stellar year 2022’ en werd beloond met een overdonderend applaus.

Ook de andere hoofdrollen zijn uitstekend bezet, vooral mooi om Herlitzius in zo’n karakterol te kunnen beleven. Leuk hoe ze met iets lossere kleding en dito haren plotseling een heel anders men is als ze zich onbespied waant. En zingen kan ze nog steeds. Veel lof verder voor David Butt Philip als Boris.

Trailer:

We horen de Wiener Philharmniker en het Wiener Staatsopernchor. Jakub Hrusa heeft de muzikale leiding. Het prachtige geluid dat opklinkt uit de orkestbak completeert het geheel wat het tot een memorabele voorstelling maakt.

De opname is uitgebracht door Cmajor.

Fotomateriaal: © Monika Rittershaus

De hele opera:



Meer Corinne Winters:
For soprano Corinne Winters 2022 was a stellar year


Discografie van de opera: Kát’a Kabanova

Amerikaanse opera’s deel drie: Samuel Barber en Vanessa

Tekst: Peter Franken

In de zomer van 2018 stond Samuel Barbers opera Vanessa op het programma van het Glyndebourne Festival. Opus Arte heeft een registratie van de voorstelling op 14 augustus op Blu-ray uitgebracht. Het resultaat is ronduit sensationeel.

Vanessa speelt zich af op een kasteel in een noordelijk land begin twintigste eeuw en draait om drie vrouwen en een man. Vanessa leeft al twintig jaar in afzondering na te zijn verlaten door haar oudere minnaar Anatol. Over deze man is verder niets bekend, maar het is aannemelijk dat hij getrouwd was. Op het kasteel wonen verder Vanessa’s moeder, die niet met haar wenst te spreken, en de twintigjarige Erika, die zichzelf typeert als ‘her niece but most of the time her shadow’. Het vermoeden bestaat dat zij in werkelijkheid Vanessa’s dochter is, uit haar kortstondige relatie met Anatol.

Vanessa wacht al die tijd op de terugkeer van haar geliefde en probeert intussen de tijd stil te zetten door doeken over de spiegels te hangen. Zij wil beslist niet ouder worden en een vrouw met een dochter kan dat nu eenmaal niet ontkennen.

Als er bericht komt van Anatol, is alles in rep en roer. Maar de Anatol die verschijnt, blijkt de zoon van de inmiddels gestorven minnaar van Vanessa te zijn. Hij wilde met eigen ogen die vrouw aanschouwen die bij het noemen van haar naam de ogen van zijn vader deed oplichten en de lippen van zijn moeder verschroeide.

Vanessa maakt hem uit voor bedrieger en laat hem alleen achter met Erika. Hij verleidt haar nog diezelfde nacht en maakt haar zwanger. Golddigger die hij is, vraagt hij haar later ten huwelijk, maar zij wijst hem af. Hij wil haar geen eeuwigdurende liefde en trouw garanderen, want dat zijn toch slechts leugens. Zij begrijpt dat niet, ook al doordat ze haar hele leven nog niet onder de mensen is geweest.

Na de nodige verwikkelingen besluit Anatol met de veel oudere Vanessa te trouwen. Zij heeft zich verzoend met het feit dat haar Anatol dood is, maar weigert te accepteren dat ze twintig jaar voor niets op hem heeft gewacht. En ziedaar, hier is toch Anatol? Samen vertrekken ze naar Parijs met achterlating van Erika, die inmiddels een miskraam heeft gehad na een mislukte poging om zich te verdrinken. Nu is het haar beurt om te wachten en het afkeurende zwijgen van haar grootmoeder te ondergaan.

Barbers levenspartner Gian Carlo Menotti schreef het libretto. Daarmee is zijn naam voor mij verbonden met twee van de mooiste opera’s van na de oorlog: The Consul en Vanessa.
Vanessa ging in 1958 in première, maar dankzij Barbers tonale muziek klinkt het allemaal ouder en vertrouwder. Zo komen er de nodige populaire deuntjes in voor, lekker om gezellig mee te neuriën. Het dansnummer ‘Under the willow tree’ is een goed voorbeeld.

De productie in Glyndebourne maakt gebruik van een eenheidsdecor dat door ingenieuze belichting en het ten opzichte van elkaar draaien van de samenstellende delen elke keer weer een geheel ander beeld oplevert. De flashbacks die Vanessa ervaart worden in grijstonen belicht, waardoor ze goed te onderscheiden zijn van de actuele handeling. De eerste is het moment waarop ze bevalt – regisseur Keith Warner laat er geen twijfel over bestaan dat Erika gewoon Vanessa’s dochter is.

Hoewel de sociale verhoudingen goed overeenstemmen met de tijd waarin één en ander zich afspeelt, toont Ashley Martin-Davis in zijn kostumering een jarenvijftig beeld. Zo ziet de Franse mezzo Virginie Verrez als Erika eruit als een huiselijke versie van Grace Kelly. Rosalind Plowright krijgt een zwarte jurk aangemeten om haar vermoedelijke hoge leeftijd te accentueren.

Verrez steelt aanvankelijk de show. Ze is niet alleen erg mooi en jong, maar zingt ook voortreffelijk. En omdat ze direct al de aandacht op zichzelf kan vestigen met de showstopper ‘Why must the winter come so soon’ en vervolgens een korte affaire heeft met de net aangekomen Anatol, weet ze haar ‘tante’ tijdelijk naar het tweede plan te verwijzen.

De Vanessa van Emma Bell neemt echter al snel daarna de touwtjes in handen, te beginnen met de scène waarin ze thuiskomt na een schaatsuitje op het meer met Anatol. Dat er iets speelt tussen haar dochter en de nieuwe uitgave van haar minnaar, ontgaat haar volledig. Pas na Erika’s zelfmoordpoging begint ze iets te vermoeden. Bell zingt haar bij vlagen wat hysterische rol met overgave. Haar ‘Why did no one warn me’ aan het begin van de vierde akte maakt veel indruk.

De uit Litouwen afkomstige Edgaras Montvidas oogt iets te oud voor zijn rol, maar weet dat door zijn nonchalante manier van acteren goed te compenseren. Vocaal is zijn Anatol tot in de puntjes verzorgd.

De Amerikaanse veteraan Donnie Ray Albert brengt wat melancholie, maar tevens de nodige luchtigheid in het geheel als de oude familiearts, die natuurlijk ook Erika ter wereld heeft geholpen. Hij heeft een stem die je voortdurend laat uitkijken naar het moment dat hij ‘This is CNN’ zegt in plaats van zijn reguliere tekst.

Rosalynd Plowright is mede dankzij de afdeling kap en grime een mooie typecast als de oude barones, een soort eenpersoons Grieks koor dat commentaar levert, niet door te spreken, maar door een verbeten zwijgen.

De nog vrij jonge Tsjechische dirigent Jakub Hrůša geeft leiding aan het London Philharmonic Orchestra. Dirigent en orkest completeren vanuit de bak het gebeuren op het toneel tot een perfecte theatervoorstelling. Zeer aanbevolen, beter wordt het niet.


Barbers Vanessa from Glyndebourne: it doesn’t get any better than this

Vanessa dvd

We, European snobs, turn up our noses at American music. We find it all kitsch without really understanding it at all. What do we know about Samuel Barber and his partner Menotti, who also was a gifted composer, director and librettist? Little, I’m afraid. But how ‘American’ were they?  And what does that actually mean?

Vanessa, Samuel Barber’s first opera, hit like a bomb. The premiere at the Met on January 15, 1958 was a huge success. Newsweek reported that Barber’s performance was hailed with “an utter roar, usually reserved for prima donnas”. Dimitri Mitropoulos, who conducted the performance, remarked with great  enthusiasm, “At last, an American Grand Opera!”

But not so long after, the opera was labelled ‘un-American’. And that is a good point, for the libretto by Menotti, slightly based on the stories of Isak Denisen (Karen Blixen), is universal and of all times; and most reminiscent of  ‘Great Expectations’ by Charles Dickens.

After the premiere in 1958 (and the recording on RCA), Vanessa was locked up and almost forgotten. The reason? Ask the programmers, the managers, the musicologists, because I do not know. That the opera is still being staged, albeit sparsely, is thanks to Kiri te Kanawa who sang the role of Vanessa in Monte Carlo in 2001 and repeated it twice: in Washington and Los Angeles. That was a wake up call.

I cannot help but consider the production recorded for DVD at Glyndebourne in 2018 to be an absolute masterpiece. Keith Warner’s staging is very cinematic and it does the opera justice. You can really feel the cold and the frost and there are even a few snowflakes. Think of winter in Scandinavia. Of Strindberg. And of those emotions that remain hidden under a thick layer of ice…

Barber composed the role of Anatol for Nikolai Gedda. Edgaras Montvidas does not really come close to it. His beautiful, light tenor lacks sensuality, so it is not really plausible that he would break the hearts of no less than two women. Although… Vanessa has been waiting so long that she is ready for anything and Erika has never even met a man before. One thing is for sure: this Anatol is going to cause a lot of problems. Another thing is also for sure: this Anatol is going to make you hate him.

Erika is officially a cousin of Vanessa, but the good listener knows better and this production blatantly shows it. Erika is Vanessa’s daughter. That makes all relationships even more complicated – she is now also Anatol’s sister! – but at the same time also clearer. The French light mezzo Virginie Verrez is irresistible in the role. Her voice sounds youthful, curious and longing. Her ‘Must the winter come so soon’ already brings tears to my eyes. Towards the end, her voice becomes almost Vanessa-like in timbre. She closes the curtains, covers the mirrors and locks the doors. It is now her time to wait. Touching.

Vanessa is portrayed phenomenally by Emma Bell. Overemotional on the one hand, and yet pretty cool and calculating on the other. Something is not right there, you feel it, no, you know it. Bell does an excellent job of expressing that borderline-like quality. Both in her singing and in her acting.

Rosalind Plowright is peerless as the old baroness. She too, as are her daughter and granddaughter, is emotionally conflicted. Compassionate but up to a point: her principles win out over her feelings.

Donnie Ray Albert is irresistible as the old doctor. His ‘Under the linden tree’ is a real showstopper.

The London Philharmonic Orchestra, conducted by Jakub Hrusa, plays the stars from the sky. My God, what a conductor!

Barber: “Art is international, and if an opera is inspired, it needs no boundaries.” And that is so true here.

Emma Bell, Virginie Verrez , Edgaras Montvidas, Rosalind Plowright, Donnie Ray Albert, William Thomas, Romanas Kudriasovas
The Glyndebourne Chorus;  London Philharmonic Orchestra olv Jakub Hrusa
Regie: Keith Warner
Opus Arte OABD725

Barbers Vanessa uit Glyndebourne: beter bestaat niet

Vanessa dvd

Wij, Europese snobs, we halen de neus op voor de Amerikaanse muziek. Wij vinden het allemaal kitsch zonder het echt te kennen. Wat weten wij van Samuel Barber en zijn partner, ook een begenadigde componist en regisseur- en librettist Menotti? Weinig, vrees ik. Maar hoe ‘Amerikaans’ waren ze?  En wat houdt dat eigenlijk in?

Vanessa, de eerste opera van Samuel Barber sloeg in als een bom. De première in de Met op 15 januari 1958 was een groot succes. Newsweek meldde dat Barbers optreden werd begroet met “het volslagen gebrul dat gewoonlijk is voorbehouden aan prima donna’s”. Dimitri Mitropoulos die de voorstelling dirigeerde liet zich enthousiast ontvallen: “Eindelijk, een Amerikaanse grootse opera!”

Maar niet zo lang erna werd de opera als ‘on-Amerikaans’ bestempeld. En daar zit wat in, want het libretto van de hand van Menotti, lichtelijk gebaseerd op de verhalen van Isak Denisen (Karen Blixen) is universeel en van alle tijden; en het meeste doet denken aan ‘The great expectations’ van Charles Dickens.

Na de première in 1958 (en de opname op RCA) werd Vanessa in de schuilkelders opgesloten. De reden? Vraag het aan de programmeurs, intendanten en musicologen want ik weet het niet. Dat de opera nu, al is het mondjesmaat nog ergens vertoond wordt hebben we aan te danken Kiri te Kanawa die de rol van Vanessa in 2001 in Monte Carlo heeft gezongen en het nog twee keer herhaalde: in Washington en Los Angeles. Men werd wakker.

De productie die in Glyndebourne in 2018 voor dvd werd opgenomen kan ik niet anders dan als een absolute top beschouwen. De enscenering van Keith Warner is zeer filmisch en doet de opera alle recht toe. Je voelt de kou en de vorst en er zijn zelfs sneeuwvlokjes. Denk aan winter in Scandinavië. Aan Strindberg. En aan die emoties die onder de ijslaag verborgen blijven…

Barber componeerde de rol van Anatol voor Nikolai Gedda. Daar komt Edgaras Montvidas niet echt in de buurt. Zijn mooie, lichte tenor mist eenmaal de sensualiteit waardoor het niet echt aannemelijk is dat hij de harten van maar liefst twee vrouwen zo maar kan breken. Alhoewel… Vanessa zit al zo lang te wachten dat zij alles voor waar kan aannemen en Erika heeft nog niet eerder een man ontmoet. Een ding is zeker: deze Anatol gaat voor nog veel meer brokken zorgen. En: deze Anatol gaat u haten.

Erika is officieel een nicht van Vanessa, maar de goede luisteraar weet beter en deze productie laat het onbeschaamd zien. Erika is Vanessa’s dochter, zij is dus ook Anatal’s zus. En nu ook minnares. Dat maakt alle verhoudingen nog ingewikkelder maar tegelijk ook helderder.

De Franse lichte mezzo Virginie Verrez is in die rol onweerstaanbaar. Haar stem klinkt jeugdig, nieuwsgierig en verlangend. Al bij haar ‘Must the winter come so soon’ zorgt zij voor tranen in mijn ogen. Aan het eind wordt haar stem zowat Vanessa-achtig van timbre. Zij sluit de gordijnen, laat de spiegels bedekken en de deuren op slot. Het is nu haar tijd om te wachten. Ontroerend.

Vanessa wordt fenomenaal vertolkt door Emma Bell. Van de ene kant overemotioneel en toch behoorlijk koel en berekenend. Daar klopt iets niet, dat voel je, nee, dat weet je. Dat borderline-achtige, dat weet Bell voortreffelijk te verwoorden. Zowel in haar zingen als in het acteren.

Rosalind Plowright is weergaloos als de oude barones. Ook zij, net als haar dochter en kleindochter zit emotioneel in de knoop. Meevoelend maar tot op bepaalde hoogte: haar principes winnen het van het gevoel.

Donnie Ray Albert is onweerstaanbaar als de oude dokter. Zijn ‘Under the linden tree’ is een echte showstopper.

Het London Philharmonic Orchestra speelt onder leiding van Jakub Hrusa sterren van de hemelMijn God, wat een dirigent!

Barber: “Art is international, and if an opera is inspired, it needs no boundaries.” En zo is dat.

Emma Bell, Virginie Verrez , Edgaras Montvidas, Rosalind Plowright, Donnie Ray Albert, William Thomas, Romanas Kudriasovas
The Glyndebourne Chorus;  London Philharmonic Orchestra olv Jakub Hrusa
Regie: Keith Warner
Opus Arte OABD725