Venera_Gimadieva

Norma’s norm

Tekst: Neil van de Linden

Wat valt er te zeggen over een uitvoering van Norma? De dramaturgie is vrij statisch, en een groot deel van de handeling speelt zich af diep in een Gallisch woud bij maanlicht, dus in het theater kun je er zonder spectaculaire visuele ingrepen weinig anders van maken dan een mysteriespel, waarbinnen alleen de emoties van de personages voor beweging zorgen. Die worden evenwel vertolkt in lang uitgesponnen solo’s, met hoogstens hier en daar een duet en trio.

Concertante uitvoering, min of meer als oratorium, is dus prima, en gezien de theatrale opzet van de opera koos de Matinee ervoor om de vertolkers simpelweg op te laten komen zonder enige dramatische interactie uit te beelden, anders dan bij andere Matinee uitvoeringen geregeld het geval is.

Wie aan Norma denkt denkt aan Maria Callas. Terecht want als geen ander heeft zij een stempel op die rol gezet. Tussen 1950 en 1964 was ze de incarnatie van Norma. Elke vertolker van de titelrol wordt met haar vergeleken. Er is geen opera waarbij dat zo sterk geldt, en dat is niet helemaal eerlijk.

Hoe goed de andere hoofdrollen Adalgisa en Pollione ook bezet zijn, alle ogen, én vooroordelen, zullen bij een uitvoering van Norma gericht zijn op de vertolkster van de titelrol. Dat was in dit geval de in Rusland geboren Venera Gimadieva, die in de Deutsche Oper Berlin in La Sonnambula en I Capuletti e I Montecchi zong, In Teatro Real Madrid I Puritani en in Opernhaus Zürich Lucia di Lammermoor.

Welnu, haar timbre is prachtig. Veel dramatische inzet van de borststem, maar de rol gaat dan ook vaak heel laag. Vibrato onder controle. Verschijning imposant, al moest ze wat dit betreft ook opboksen tegen Nelly Miricioiù, de jarenlange verpersoonlijking van dit soort belcanto-sopraanrollen in de Matinee. Dramatisch gaf ze gestalte aan het conflict tussen plicht en passie, waarover het libretto handelt, de norm en afwijken van de norm. Wel had ik er last van dat ze geregeld intervallen smokkelde. Als ze een octaaf omhoog moest nam ze onderaan alvast een voorsprong door een kwarttoon omhoog te gaan en bovenaan een kwarttoon lager uit te komen.

Adalgisa, de mede-priesteres van Norma en onopzettelijke rivale in de liefde, is psychologisch bijna net zo sterk uitgewerkt als Norma, en vereist ook de nodige lyrische en dramatische kwaliteiten. Die had de Georgische sopraan Salome Jicia paraat.

De tenorrol van Pollione is ook een echte belcanto-rol, al gaven librettist Felice Romani en de componist zijn personage psychologisch nogal wat minder diepgang mee. Tenor Piero Pretti, kweet zich, met een ruime ervaring in het Italiaanse operavak, uitstekend in deze vocaaltechnisch veeleisend rol, en verdiende des te meer bewondering omdat zijn rol weinig ruimte laat voor empathie van de kant van de toeschouwer. Zelfs als Pollioni uiteindelijk besluit Norma op de brandstapel te volgen maakt dat hem der niet sympathieker op, want wat moet er van hun twee kinderen worden, zonder moeder én vader?

De bas Riccardo Fassi als de Gallische hogepriester Orovese werd door het orkest soms niet gegund om er goed bovenuit te komen, wat eraan kan liggen dat Bellini hem tijdens vrij luid bezette orkestpassages laat zingen. Maar hij heeft een fraai timbre, en gezien zijn uiterlijk zou hij het verdienen om nog eens in een opera met een amoureuzere rol terug te keren in plaats van de leider in een religie die van vrouwen kuisheidsgeloften afdwingt.

Voordeel van de concertante uitvoering is dat je het koor simpelweg kunt laten opstaan wanneer librettist en componist de respectievelijke priesteressen, priesters, Gallische soldaten en Gallische bevolking soms vrij plotseling uit het niets laten opdraven en er weer in laten verdwijnen. Dat deed het Groot Omroepkoor uitstekend en het versterkte de indruk van een fraai gezongen mysteriespel.

De nog relatief jonge dirigent Michele Mariotti heeft al een enorme staat van dienst, onder meer tien jaar muziekdirecteur van het Teatro Communale di Bologna en sinds kort muziekdirecteur van het Teatro dell’Opera in Rome. In de Matinee leidde hij eerder Rossini’s Semiramide. Dat was de opera die naar verluidt indertijd in 1824 de toen 23-jarige Bellini de weg wees als operacomponist. En nu was Mariotti’s uitvoering van Semiramide in 2020, een uitvoering die veel indruk maakte, dus de wegbereider voor deze Norma. En ja, Mariotti kan koor, orkest en solisten laten staan als een huis.

Extra interessant vond ik dat hij liet horen hoe Bellini niet alleen duidelijk een wegbereider was voor Verdi, die je er voortdurend al aan hoort komen, en ook invloeden op de grand-opera’s van Halevy en Meyerbeer die na Norma kwamen, maar ook op Wagner. Dat gebeurt al in de orkestrale voorspelen die zowel op de orkestrale voorspelen van La Traviata als Lohengrin leken te preluderen, en in de duetten en grotere ensembles. Het zou interessant zijn Mariottis aanpak van Wagners vroegere opera’s te horen.

Vincenzo Bellini 1801 – 1835
Norma, libretto Felice Romani
Radio Filharmonisch Orkest en Groot Omroepkoor, Michele Mariotti dirigent
Venera Gimadieva sopraan Norma
Salome Jicia sopraan Adalgisa
Piero Pretti tenor Pollione
Riccardo Fassi bas Oroveso
Maria Novella Malfatti sopraan Clotilde
Klaas-Jan de Groot, koordirigent en dirigent afzonderlijke banda-ensembles
Uitvoering NTR Zaterdag Matinee 10 september 2022

Foto’s Neil van der Linden en Simon van Boxtel

Een curiosum, een ‘authentieke uitvoering’, met Cecilia Bartoli, Sumi Jo, John Osborn en Michele Pertusi.

Tussen Gina Cigna en Renata Scotto, veertig jaar Norma in een mini-discografie

Venera Gimadieva steekt met kop en schouders boven haar leeftijd- en stemgenoten uit.

Pelly’s Gouden Haan uit de Munt op dvd uitgebracht

Tekst: Peter Franken

Dit is Rimski Korsakovs laatste opera die stamt uit 1906, kort na de zeer onthutsende nederlaag van het Russische imperium tegen ‘upstart’ Japan. Het libretto van Vladimir Belski heeft een verhaal van Pushkin als uitgangspunt genomen, het bespotten van een heerser is van alle tijden. De première vond plaats in 1909, na de dood van de componist. Van een voorstelling uit 2006 in De Munt is een opname gemaakt die op dvd is verschenen. Het is een productie van Laurent Pelly.

Het verhaal gaat over Tsaar Dodon en zijn beide zonen. Ze maken zich zorgen over de oprukkende vijand en raadplegen een astroloog. Deze biedt Dodon een gouden haan aan die tijdig kraait als de vijand eraan komt, een soort lange afstand waarschuwingssysteem. Er moet wel iets tegenover staan natuurlijk: de astroloog mag later een wens doen. Na enige aandrang vertrekken Dodons zonen naar het front, de haan stelt dat men rustig kan gaan slapen. Maar niet lang daarna kraait de haan, gevaar dreigt alsnog en nu gaat ook Dodon naar het front, zij het in ontoereikende uitrusting.

Pavlo Hunka (Tsar Dodon), Alexey Dolgov (Guidon) and Konstantin Shushakov (Afron)

Aan het front treft Dodon zijn twee gesneuvelde zonen en een aantrekkelijke vrouw, de Tsaritsa van Shemakha, die zonder leger maar met behulp van haar schoonheid het land van de Tsaar wil veroveren. Ze weet Dodon gemakkelijk te verleiden, feitelijk raakt hij zozeer in haar ban dat hij alles wel voor haar wil doen. Teruggekeerd in de hoofdstad wordt hun bruiloft gevierd maar dan verschijnt de astroloog die zijn beloning komt opeisen. Hij wil die mooie bruid. Dodon laat als reactie op die onbeschaamdheid de astroloog doden en wordt vervolgens zelf door de haan gedood.

Feitelijk gaat het verhaal over de gouden haan, de Tsaritsa van Shemakha en de astroloog. Zij maken duidelijk hoe dom en ijdel de Tsaar is en stellen zijn onbekwaamheid als opperbevelhebber aan de kaak door hem te tonen als iemand die vertrouwt op een astroloog met een sprekend dier.

Pelly heeft er een voor hem kenmerkende luchtige enscenering van gemaakt. Omdat Tsaar Dodon het liefst alleen maar wil slapen wordt hij bij aanvang opgevoerd liggend in een groot bed, uiteraard in een pyjama waarin hij ook de rest van de tijd blijft rondlopen. Mannen in pyjama’s zien we vaker bij Pelly, denk aan zijn Liefde voor drie sinaasappelen.

Als de waarzegger een beloning in het vooruitzicht gesteld wil zien, eist hij dat deze volgens de wet moet worden vastgelegd. Dodon reageert verbaasd, de wet, dat is iets waar hij nog nooit van heeft gehoord. Zijn luimen en grillen zijn bepalend voor alles wat gebeurt in zijn rijk, voor zoiets kleinburgerlijks als wetten is geen plaats. Kortom, we zijn in Rusland.

Pavlo HPavlounka is een erg leuke goed zingende onbeholpen acterende Dodon. De enige met wie hij in zijn omgeving aardig overweg kan is de huishoudster Amelfa, prima gespeeld door Agnes Zwierko.

Aangekomen aan het front raakt hij in de ban van de Tsaritsa van Shemakha die hem achteloos meedeelt dat ze er onder haar kleren ook heel leuk uitziet. Dat werkt natuurlijk.

Venera Gimadieva zingt haar slepende lange monoloog op onberispelijke wijze, ook aardig om de tekst volgen en naar haar te kijken, ze zit mooi in die rol, prachtig gezongen.

Als het gerucht gaat dat Dodon met een nieuwe bruid in aantocht is, vertelt Amelfa het verzamelde volk dat hij vier koningen heeft verslagen: schoppen, harten, klaveren en ruiten. En dat hij zijn twee zoons heeft geëxecuteerd wegens verraad, het volk moet ook rekening houden met zijn straffe hand. Dan arriveren Dodon en zijn bruid in een groot bed dat op het onderstel van een tank is gemonteerd. Ze komen immers van het front. Maar door toedoen van de waarzegger en zijn onbeschaamde eis valt al gauw het doek over Dodon en zijn we terug bij het begin.

De gouden haan wordt ten tonele gevoerd als een mooi uitgedoste vogel, een verklede danseres. De rol wordt gezongen door Sheva Tehoval. Veel stelt het niet voor, iedere keer vrijwel hetzelfde zinnetje. Het dier staat vooral symbool voor de stupiditeit van de heerser en daarover kunnen we immers kort zijn?

De kostumering is goed getroffen, het decor is basaal maar toereikend. Behalve een bed in een rotsachtige open ruimte is er een staketsel dat Tsaritsa Shemakha’s tent moet verbeelden. Een beetje bewegen op een schommel is onderdeel van haar verleiding act, de kostumering doet de rest. De generaals en de twee zoons van Dodon zien er licht belachelijk uit, uniforms die net een beetje afwijken van het gangbare wat direct voor een ironische ondertoon zorgt. Het is Pelly ten voeten uit, een geslaagde productie.

Het orkest van De Munt staat onder de zeer bekwame leiding van Alain Altinoglu. Hij laat de opvallend lyrische muziek goed tot zijn recht komen.

Trailer van de productie

Interview met de dirigent en de regisseur:



https://www.youtube.com/watch?v=XeSdmZcO4vM

Fotocredits: © Matthias Baus

Venera Gimadieva steekt met kop en schouders boven haar leeftijd- en stemgenoten uit.

Venera Gimadieva

De ster van de jonge Russische sopraan Venera Gimadieva is rijzende. Haar vertolking van Violetta (La Traviata) in Glyndbourne 2014 was sensationeel te noemen en in de recensies sprak men over haar enorme charisma en een zeer individueel geluid, niet te verwarren met haar (coloratuur)sopraan-collega’s.

Gimadieva als Violetta in Glyndebourne:

Dat het zo is bewijst zij ook op haar eerste solo-cd dat zij onlangs voor Rubicon heeft opgenomen. Haar coloraturen zijn niet minder dan fenomenaal, waarbij zij ook eigen versieringen niet schuwt (luister naar ‘Ah! Tardai troppo’ uit Linda di Chamonix, wedden dat het u gaat duizelen?) en haar voordracht meer dan voorbeeldig.

En toch… Er wringt iets, want op den duur gaat de cd mij een beetje vervelen. Het ligt een beetje aan haar (morbidezza?), een beetje aan het repertoire (te veel van hetzelfde), maar de echte schuldige is de dirigent, want echt steunen doet hij haar niet en de tempi die hij kiest vind ik op zijn zachtst merkwaardig. Bovendien is de in een paar stukken mee zingende tenor Alberto Sousa niet echt geweldig (en ik druk mij zachtjes uit)..

Uitstekend daarentegen is de mezzo Natalia Brzezińska met wie Gimadieva ‘Dagli affanni appresso … Assisa a pie’ d’un salice’’ uit Rossini’s Otello zingt.

Afijn: onthoud haar naam want Venera Gimadieva gaat het helemaal maken. Nu al steekt zij met kop en schouders boven haar leeftijd- en stemgenoten uit.


BELLINI, DONIZETTI, ROSSINI
Momento Immobile
Venera Gimadieva (sopraan)
Natalia Brzezińska (mezzosopraan), Alberto Sousa (tenor)
The Hallé olv Gianluca Marciano
Rubicon RCD 1021