Michael_Tilson_Thomas

Perséphone van Stravinsky. Michael Tilson Thomas of Kent Nagano?

Dat Michael Tilson Thomas affiniteit heeft met de muziek van Stravinsky dat wisten wij al lang. In een interview zei hij ooit zich het leven zonder muziek van Stravinsky niet te kunnen herinneren Niet gek als je bedenkt dat hij op een zeer jonge leeftijd bevriend raakte met de componist. Onder Stravinsky’s supervisie nam hij al de vierhandige versie van Le Sacre du printemps op en zijn cd getiteld ‘Stravinsky in America’ werd overal (terecht!) bejubeld. Dat hij ooit ook de bekendste werken van zijn held zou dirigeren was dus niet meer dan logisch.

Nu doet zich een probleem voor: hoeveel nieuwe opnamen van Het Lenteoffer en De Vuurvogel hebben wij nog nodig? En: wordt er iets wezenlijks aan de al bestaande toegevoegd? Tilson Thomas dirigeert spiritueel en met schwung maar de echte waarde van de box ligt voornamelijk in het derde stuk: Perséphone.

Stravinsky schreef de muziek bij de tekst van André Gide in 1933 op bestelling van Ida Rubinstein. Hij noemde het zelf een melodrama. Het verhaal van Persephone, dochter van Demeter, die in de Hades belandt na het ruiken van de geur van een narcis en één keer per jaar naar de aarde mag terugkeren wordt hier verteld door een spreekster, tenor en verschillende koren en bij de live uitvoeringen komen er nog ballet en pantomime bij.

Perséphone uit Teatro Real de Madrid:



Het stuk wordt nog maar zelden uitgevoerd en er zijn weinig opnamen van. Na Stravinsky zelf, Craft en Kent Nagano is dit de vierde. Vergelijking met Nagano heeft eigenlijk geen zin want beide orkesten zij aan elkaar gewaagd en de koren en de beide dames doen voor elkaar niet onder. Alleen de tenor (Anthony Rolfe-Johnson) vind ik bij Nagano beter.

Tilson Thomas:

Nagano:

L’oiseau de feu, Le Sacre du printemps, Perséphone
Stephanie Cosserat recitante, Stuart Neill tenor,
San Francisco Symphony Chorus, San Francisco Girls Chorus, Ragazzi, The Peninsula Boys Chorus, San Francisco Symphony olv Michael Tilson Thomas

Michael Tilson Thomas: in interpretation there is no absolute truth

MTT_bykristenloken-1903-660

Michael Tilson Thomas © Kristen Loke

The Amstel Hotel is totally unsuitable for a good conversation, especially with a musician. The ‘Muzak’ in the background is annoyingly present and the search for a decent space takes up a lot of time. Michael Tilson Thomas – tall, slim, dressed in black jeans and a checkered jacket – doesn’t seem to be bothered by it.

Two days earlier he conducted an extremely exciting concert in the Amsterdam Concertgebouw with music by Berg, Mahler and Brahms. Looking back at the concert I ask him if he did not feel the Brahms started a little too fast?
“Well, no.”

And was the order of the composers: Berg, Mahler, Brahms not a bit strange?
“Sometimes I do it the other way around”

https://basiaconfuoco.files.wordpress.com/2019/07/mtt-nbessie.jpg

Bessie Thomashefsky

So there I am! Fortunately, Tilson Thomas is able to laugh at my stupid questions and I decide to start with his ‘roots.’

Boris Thomashefsky, Michael’s grandfather was THE man behind the Jewish theatre. He wrote the lyrics, composed the music and performed it together with his wife Bessie, one of the greatest tragediennes of her time: she was the first Salome in America, in Yiddish!

Der Yeshiva Bokher Kadisch ( Boris Thomashevsky – Louis Friedsell ):

Michael Tilson Thomas was born in Hollywood where his father found work in the film industry. Father Ted Thomashefsky worked a lot with Orson Welles and with Marc Blitzstein, Michael’s cousin. In order to avoid going through life as the ‘son of’ he changed his name to Thomas.

His theatrical background would have meant a certain predisposition for music theatre, but with the exception of a few concert performances he has not (yet) conducted an opera. And all this while he considers Puccini to be one of the greatest composers. Why?

Tilson Thomas explains this by the insufficient preparation time at most opera companies. To the six weeks of rehearsals in Amsterdam I mention, he has a rebuttal: they are rehearsals for the director who works with the ‘actors’, not for the conductor, singers and musicians.

It is really a pity, because he loves opera and he loves working with singers. This is how he works with musicians as well – looking for character, for expression, for colours. Breathing in music means nothing more than the music itself, and that is something you learn best from singers. Working with an orchestra is the same for a conductor as working with actors for a director.

MTT francisco-symphony-orchestra-michael-tilson-thomas-bill-swerbenski-1280-608

San Francisco Symphony Orchestra © Bill Swerbenski

For Tilson Thomas, communicating with the audience is the most important thing. In Davies Symphony Hall (THE house of the San Francisco Symphony Orchestra) he often rehearses from the hall. If the music is complicated, he calls in an assistant, but he himself, seated on a high chair, leads the orchestra from where the audience sits: only there can he hear what it will actually sound like.

He conducts a lot more than we can imagine, with the Russians, Mahler, modern Americans and the Impressionists as his guides. Is there something he doesn’t do?

“Bruckner. Of his symphonies only numbers 6, 8 and 9 are on my repertoire and for the time being I don’t feel like doing the other ones as well. Bach’s ‘Matthaeus Passion’? Why? It is music that I think should be performed like chamber music, in a small, intimate hall and I work with large orchestras.”

“What do I do if there is a difference of opinion between me and the soloist about tempi or interpretation? I listen to the other person. There are no absolute truths in interpretations. And (smiling): I can usually choose the soloist myself.”

Michael Tilson Thomas on music and emotions through the ages:

http://www.thomashefsky.org/

Translated with http://www.DeepL.com/Translator

Michael Tilson Thomas: in de interpretaties bestaan er geen absolute waarheden

MTT_bykristenloken-1903-660

Michael Tilson Thomas © Kristen Loke

Het Amstel Hotel is totaal ongeschikt voor een goed gesprek, zeker niet met een musicus. De ‘muzak’ op de achtergrond is zeer irritant aanwezig en het zoeken naar een beetje fatsoenlijke ruimte neemt veel tijd in beslag. Michael Tilson Thomas – lang, slank, gekleed in een zwarte spijkerbroek en een geruit jasje – lijkt zich er niet aan te storen.

Twee dagen eerder dirigeerde hij in het Amsterdamse Concertgebouw een buitengewoon spannend concert met op de lessenaar muziek van Berg, Mahler en Brahms. Terugblikkend op het concert vraag ik hem of hij niet bang was dat Brahms iets te snel begon?

“Nou, nee.”

En was de volgorde van de componisten: Berg, Mahler, Brahms niet een beetje vreemd?

“Soms doe ik het andersom”

MTT NBessie

Bessie Thomashefsky

Daar zit ik dan. Gelukkig kan Tilson Thomas om mijn stomme vragen lachen en ik besluit om dan met zijn ‘roots’ te beginnen. Boris Thomashefsky, Michaels grootvader was dé man achter het Joodse theater. Hij schreef de teksten, componeerde de muziek en acteerde er samen met zijn vrouw Bessie, één van de grootste tragédiennes van haar tijd: zij was de eerste Salomé in Amerika, in het Jiddisch!

Der Yeshiva Bokher Kadisch ( Boris Thomashevsky – Louis Friedsell )

Michael Tilson Thomas werd geboren in Hollywood waar zijn vader werk vond in de filmindustrie. Vader Ted Thomashefsky werkte veel met Orson Welles en met Marc Blitzstein, Michaels neef. Om niet als de ‘zoon van’ door het leven te gaan veranderde hij zijn naam in Thomas.

De theatrale achtergrond zou een zekere predispositie voor het muziektheater betekenen, maar op een paar concertuitvoeringen na dirigeerde hij (nog) geen opera. En dat, terwijl hij Puccini tot één van de grootste componisten rekent. Waarom?

Tilson Thomas verklaart het door onvoldoende voorbereidingstijd bij de meeste operagezelschappen en op de door mij genoemde zes weken repetities in Amsterdam heeft hij een weerwoord: het zijn repetities voor de regisseur die met de ‘acteurs’ werkt, niet voor de dirigent, zangers en musici.

En het is echt jammer, want hij houdt van de opera en hij is dol op het werken met de zangers. Zo werkt hij ook met de musici – op zoek naar het karakter, naar de uitdrukking, naar de kleuren. Het ademen in de muziek betekent niets anders, dan de muziek zelf en dat leer je het beste van de zangers. Werken met een orkest is voor een dirigent hetzelfde als het werken met de acteurs voor de regisseur.

MTT francisco-symphony-orchestra-michael-tilson-thomas-bill-swerbenski-1280-608

San Francisco Symphony Orchestra © Bill Swerbenski

Voor Tilson Thomas is de communicatie met het publiek het belangrijkste. In Davies Symphony Hall (dé plek van het San Francisco Symphony Orchestra) repeteert hij vaak vanuit de zaal. Mocht de muziek ingewikkeld zijn, dan schakelt hij een assistent in, maar zelf, gezeten op een hoge stoel, leidt hij het orkest vanaf de plaats van het publiek: alleen daar kan hij horen hoe het in werkelijkheid zal klinken.

Hij dirigeert veel, meer dan wij ons kunnen voorstellen, met als leidraad de Russen, Mahler, moderne Amerikanen, de impressionisten. Is er iets, wat hij niet doet?

“Bruckner. Van zijn symfonieën heb ik alleen nummers 6, 8 en 9 op het repertoire en voorlopig voel ik er niets voor om ook de andere te doen. Bachs ‘Matthaeus Passion’? Waarom? Het is muziek, die volgens mij kameraal uitgevoerd moet worden, in een kleine, intieme zaal en ik werk met grote orkesten.”

“Wat doe ik als er een meningsverschil is tussen mij en de solist over de tempi of de interpretatie? Ik luister naar de ander. Er bestaan geen absolute waarheden in de interpretaties. En (glimlachend): ik kan meestal zelf de solist bepalen.”

Michael Tilson Thomas over muziek en emoties door de eeuwen heen:

http://www.thomashefsky.org/

Een voortreffelijke West Side Story door Michael Tilson Thomas

Een voortreffelijke West Side Story door Michael Tilson Thomas

west

De West Side Story behoort tot de beste en beroemdste musicals ooit. De enorme populariteit dankt het werk aan een prachtig, zeer tot de verbeelding sprekende verhaal van Arthur Laurents; sterke liedteksten van Stephen Sondheim en de geniale muziek van Leonard Bernstein. Plus de onnavolgbare choreografie van Jerome Robbins. De eerste opvoering op Broadway in 1957 was meteen een immens succes en de speelfilm uit 1961 zorgde voor wereldwijde populariteit.

De complete musical wordt nog steeds opgevoerd – al is het naar mijn mening veel te weinig – maar de opnamen ervan zijn schaars. Dat ligt aan veel factoren. Eén ervan is dat je bij een opname het visuele mist. En je hebt met nog wat anders te maken: de rechten. Het werk mag niet concertante worden uitgevoerd. Althans, niet in de juiste volgorde van de nummers en niet met alle dialogen. Waarom? U moet mij niet vragen, ik ben geen advocaat.

De San Francisco Symphony is het eerste orkest ooit dat van de nabestaanden van alle vier de rechthebbenden toestemming kreeg voor een concertante uitvoering van de complete musical. De voorstelling werd live opgenomen in de Davies Symphony Hall in juni en juli 2013.

Michael Tilson Thomas, chef-dirigent van de San Francisco Symphony, is een voor de hand liggend persoon om het werk te dirigeren. Het is verbazingwekkend dat het zo lang duurde voordat hij zich eraan waagde.

MTT groeide op in de beste Broadway en Hollywood traditie: zijn grootvader Boris Tomaszewski was de man achter het Joodse theater, zijn grootmoeder Bessie één van de grootste tragédiennes van haar tijd (zij was de eerste Salomé in Amerika, in het Jiddisch) en zijn vader werkte in de filmindustrie. Hij was kind aan huis in huize Bernstein en net als Lenny, zijn geestelijke vader en mentor heeft hij “jazz in de toppen van zijn vingers”. Het muziektheater zit hem dus zowat in de genen!

leonard_bernstein_michael_tilson_thomas

De verwachtingen voor deze opname waren dan ook hooggespannen, en het resultaat overtreft al die verwachtingen. Het lijkt onmogelijk, maar de uitvoering onder MTT overtreft de opname onder Bernstein zelf. Niet in de laatste plaats vanwege de zangers. Hoe geweldig ik de bijdragen van Kiri Te Kanawa en José Carreras ook vond, geen seconde deden ze mij geloven dat zij Maria en Tony waren. Ze waren volwassen operasterren en zo klonken zij ook.

Ook orkestraal vind ik de nieuwe opname superieur aan die van de componist. Het orkest swingt werkelijk de pan uit en, beland bij de dansavond in de gym kan je amper in je stoel blijven zitten. De mambo’s en de cha-cha’s worden zo suggestief gespeeld dat je niet eens de beelden mist. Soepel en naadloos gaan ze over in de daar opvolgende ‘Meeting Scene’. Gauw zakdoekje zoeken!

Het huiveringwekkende ‘Cool’, zeer suggestief gezongen door Riff (Kevin Vortmann) en de Jets, doet mij aan Bernard Herrmann (de huiscomponist van Hitchcock) denken. De spanning is om te snijden. En dan komt de fluweelzachte  ‘One Hand, One Heart’ en je hart gaat smelten.

De manier hoe het orkest de diminuendo bij “Make our lives…. Even death won’t part us now” laat overgaan in “Tonight” is een verbluffend staaltje van volmaaktheid.
Hoe doen zij dat, in San Francisco?

De rol van Tony wordt vertolkt door Cheyenne Jackson, een vermaarde Broadway musicalster en een vaste gast in de roddelrubrieken van de showbizz magazines. De, in alle opzichten zeer aantrekkelijke zanger beschikt over dat klein beetje extra dat van een goede performer een wereldperformer maakt.

De jonge Schotse sopraan Alexandra Silber is een zeer geloofwaardige Maria. Haar ‘I feel Pretty’ is zeer aanstekelijk: zo klinkt een jong meisje die zich op haar eerste afspraakje met haar geliefde voorbereidt.

Het San Francisco Symphony Chorus doet het voortreffelijk als de straatbendes: de Pools-Amerikaanse Jets en Puerto-Ricaanse Sharks.

Hieronder de trailer:

De twee cd’s zitten in een prachtig boekje van honderd pagina’s, met daarin alle informatie, een interview met MTT, foto’s en het complete libretto. Een absolute must have!


Leonard Bernstein
West Side Story
Alexandra Silber, Cheyenne Jackson, Jessica Vosk, Kevin Vortmann e.a.
San Francisco Symphony en het San Francisco Symphony Chorus olv Michel Tilson Thomas
SFS 0059-2

Michael Tilson Thomas: in de interpretaties bestaan er geen absolute waarheden

‘WEST SIDE STORY’ revisited