Franz_Welsr_Möst

 Tiefland: verismo op zijn Duits

Tekst Peter Franken

Eugen d’Albert (1864-1932) schreef 21 opera’s waaronder het Legendenspiel Mareike von Nymwegen uit 1923. Tiefland kwam uit in 1903 en valt volledig in het veristische genre. Het was d’Alberts zevende opera en net zomin als al die andere werken heeft het zich een solide plek op het repertoire kunnen verwerven. Na aanvankelijk succes in het buitenland is het toch vooral een werk gebleven dat aan het Duitstalige cultuurgebied gebonden is en zelfs daar kom je het zelden tegen.

Het verhaal gaat over de rijke landeigenaar Sebastiano die een financieel voordelig huwelijk wil sluiten om zijn ruïneuze cashflow te verbeteren. Probleem is dat hij al jaren een verhouding heeft met Marta, een wees die ooit in gezelschap van een lamme oude man is komen aanwaaien. Hij liet haar dansen voor geld en dat deed ze ook in het dorp waar de opera zich afspeelt. Sebastiano zag direct wat in het 13 jarige meisje en hield die twee bij zich door haar ‘vader’ de post van molenaar te geven. Zoals zo vaak symboliseert de molen ook hier de belangrijkste bron van inkomsten. De pacht moest betaald worden door de jonge Marta die zodoende Sebastiano’s minnares werd.

Zijn probleem is dat hij volledig aan haar verslingerd is geraakt en nu hij gaat trouwen om zakelijke redenen dreigt hij zijn ‘liefdeseigendom’ te moeten opgeven. De oplossing is eenvoudig. Hij gaat de bergen in op zoek naar de herder Pedro, een simpele ziel die nooit in het dorp komt en daar ergens op Sebastiano’s land diens schapen hoedt. Marta wordt meegesleept, zij wordt Pedro aangeboden als bruid en de molen krijgt Pedro erbij. Achter diens rug wil Sebastiano zijn affaire met Marta gewoon voortzetten.

Pedro heeft niets in de gaten, ook niet als Marta direct wegholt omdat ze er niets mee te maken wil hebben. De vrouwen in het dorp hebben zo hun ideeën over wat er gaande is en horen het meisje Nuri uit, een kind dat graag om Marta heen hangt. Sebastiano is zoals gezegd niet van plan zijn grote liefde en bezit op te geven en dat leidt tot verwikkelingen met hoog oplopende emoties en eindigend in de dood van Sebastiano die door Pedro wordt gewurgd. Hij vlucht met Marta de bergen in, weg van de menselijke ellende.

Muzikaal drijft Tiefland sterk op herhalende melodische lijnen en motieven. Het klinkt nogal filmisch, zeker als het orkest vol aanzet, en alles ligt gemakkelijk in het gehoor. Aan het begin is een eenzame klarinet te horen die Pedro’s leven in de bergen evoceert, een prachtige binnenkomer die hier effectiever is dan welke ouverture ook had kunnen zijn.

Ik zag het werk voor het eerst in 2006 bij de Deutsche Oper am Rhein in Duisburg met de heerlijke huisdiva Morenike Fadayomi als Marta en een zeer overtuigende John Wegner als Sebastiano. Er zat zoveel natuurlijke overheersing in zijn stem dat Wegner nauwelijks hoefde te acteren om het handelen van de grootgrondbezitter geloofwaardig te laten zijn.

Als tegen het einde van de tweede akte de crisis tussen Marta en de bedrogen Pedro is bezworen zingen ze een duetje dat bijna als een galop klinkt. ‘Omhoog de bergen in’ als een soort Peter und Heidi parodie. De regie liet hen hier allebei op een stoel klimmen en daar stonden ze heldhaftig hun voornemen uit te dragen om de wijk te nemen. Pedro weet op dat moment overigens nog steeds niet wie de andere man in Marta’s leven is geweest. Pas nadat Marta hem dit heeft verteld gaat hij door het lint en gaan de rivalen elkaar te lijf zoals het hoort in een verismo opera.

Drie jaar later ging Tiefland in Zürich, alweer Duitstalig cultuurgebied. Hiervan bekeek ik een opname op dvd met Matthias Goerne als Sebastiano, Peter Seiffert als Pedro en Petra Maria Schnitzer als Marta. Regisseur Matthias Hartmann heeft er een of ander concept op losgelaten dat met name gedurende de proloog tot onbegrijpelijke taferelen leidt. Het oogt als flauwekul met fake instrumenten in een Frankenstein sfeertje. Gelukkig worden de gezichten van de zangers tijdens de voorstelling op een doek geprojecteerd tegen de achtergrond van een Alpenlandschap. De beeldregie richt zich hier vooral op zodat de onzin op het toneel de kijker grotendeels bespaard blijft.

Het vervolg van de voorstelling heeft een grote kantoorruimte als toneelbeeld, aan weerszijden afgerond om de suggestie van een rond gebouw te geven. Bureau in het midden, iedereen stemmig gekleed in interbellum kostumering. Er zijn wat kleine hints richting een molen: personeel in witte pakken met mutsje, broden op een lopende band, in de achterwand weggewerkte raderen. Het klassenverschil tussen laag- en hoogland wordt sterk benadrukt. In de bergen wonen slechts onaangepaste zonderlingen.

De drie tip top geklede dorpsvrouwen zijn zeer etterig bezig, mooi geacteerd, goed gezongen. Eva Liebau geeft een leuke vertolking van Nuri, mooie typecast. Goerne klink wat vlak, mat bijna en moet het vooral van zijn acteren hebben. Seiffert is een uitstekende Pedro naast de werkelijk fenomenale Marta van Schnitzer.

De muziek van de verzoeningsscène wordt begeleid door romantische clichés: belichting in paars rode pasteltinten, het dorp dat op de achtergrond een beetje danst. Bij het ‘we gaan de bergen in’ wordt het Heimatfilm karakter sterk uitgelicht. Aan het einde zien we een levensechte vechtpartij, en dat tussen twee zangers. Op het operatoneel moet iedereen nu eenmaal zijn eigen stunts doen.

Franz Welser-Möst heeft de muzikale leiding. Voor zover mij bekend is dit de enige opname die op dvd beschikbaar is. Muzikaal voortreffelijk en in een enscenering die alleen stoort als je op alle details gaat letten.

Castellucci’s Salome op dvd en Bluray uitgebracht

Tekst: Peter Franken

Salome Asmik cover

Romeo Castelluci’s productie van Salome was een opzienbarend succes tijdens de Salzburger Festspiele van 2018. Niet in de laatste plaats vanwege de fenomenale vertolking van de titelrol door Asmik Grigorian. De première werd live uitgezonden op tv en, aangevuld met materiaal dat werd opgenomen tijdens twee volgende voorstellingen, recent uitgebracht op dvd en Bluray. Afgelopen zomer werd de productie voor drie voorstellingen hernomen, wederom met groot succes, waarbij de bezoekers na afloop hun tevoren aangeschafte exemplaar door Frau Grigorian konden laten signeren.

Een productie van Romeo Castelluci is feitelijk een totaalkunstwerk. Hij voert de regie en ontwerpt de kostuums en het decor. Alleen voor de choreografie laat hij iemand anders toe in zijn wereld. Van Castellucci wordt wel gezegd dat hij niet zozeer personen regisseert als wel de totale ruimte ensceneert. Zijn Salome leent zich zodoende niet erg voor wijdlopige interpretaties, maar kan het beste gewoon ondergaan worden.

Het brede, ondiepe toneel van de Felsenreitschule wordt in zijn geheel benut. De bogen in de achterwand zijn dichtgemaakt, waardoor het publiek naar een gesloten, grijsgrauwe achterwand zit te kijken, wat bijdraagt aan een sfeer van beklemming. Het toneel is leeg, op een aantal goudkleurige objecten na, die soms wel, soms niet een rol in de handeling spelen.

De vloer is goud glimmend waardoor het licht zodanig reflecteert dat de spelers achter een doorzichtig gordijn lijken te staan. Dat is een klein nadeel van een opname in HD, het publiek in de zaal merkt daar niets van, zo weet ik uit eigen ervaring. Een grote opening in de vloer geeft toegang tot de cisterne waarin Jochanaan zich bevindt.

De kostuums zijn tamelijk eenvormig: mannen in donkere pakken met gedeeltelijk rood geschminkte gezichten. Het is moeilijk de verschillende personages te onderscheiden; allen zijn slechts bijfiguren in het drama dat zich voltrekt tussen de drie protagonisten. Ook Herodias, met groene schmink, wordt nadrukkelijk op de achtergrond gehouden.

Salome komt op in witte jurk met in haar hand een koninklijke witte mantel met een kroontje.  Een rode vlek suggereert dat ze menstrueert, waarmee wordt benadrukt dat ze weliswaar ongetrouwd is, maar de huwelijkse leeftijd ruimschoots heeft bereikt. Bovendien maakt dit haar extra onaanraakbaar voor de profeet; ze is in alle opzichten een onreine vrouw. Als Narroboth toegeeft en de profeet naar boven laat halen, blijft deze grotendeels in het duister gehuld. We zien slechts een zwarte schim. Salome spreekt hem toe, hij antwoordt en vervloekt haar.

Tot zover wordt het libretto vrij nauwkeurig gevolgd. Maar nadat Jochanaan zich weer in zijn kerker heeft teruggetrokken, neemt de handeling een opmerkelijke wending.Tijdens het overdonderende muzikaal tussenspel ligt Salome op haar rug en voert een complex, erotische getint ballet uit met haar benen. De choreografie van Cindy van Acker is subliem en de beheersing waarmee Grigorian dit ballet uitvoert is fenomenaal. De erotiek heeft uiteraard betrekking op de opwinding die de ontmoeting met de profeet heeft teweeggebracht. Hij heeft haar op grove wijze afgewezen en zelfs vervloekt, een geheel nieuwe ervaring voor dit luxe wezentje. Tegelijkertijd loopt er een paard rond in de cisterne, een verwijzing naar de fascinatie van jonge meisjes met grote dieren. Wel een beetje clichématig, maar heel effectief.

Sallome asmik-grigorian-r-castellucci-rezisuotoje-salomejoje-5b6078eedf35d

Salzburgerfestspiele © ruth waltz

Op het voordoek was bij aanvang te lezen: “Te Saxo Loquuator”, wat zoveel betekent als “wat de stenen je kunnen zeggen”. Castellucci gebruikt die verwijzing naar de veronderstelde kracht en macht van stenen om Salome’s dans een andere betekenis te geven. Ze wordt tijdens het begin hiervan aan het zicht onttrokken door een groep figuranten en blijkt dan plotseling vrijwel naakt in de foetushouding op een goudkleurig blok te liggen, waarop in grote letters SAXO staat.

Tijdens het muzikale intermezzo daalt langzaam een groot blok van boven neer en dreigt haar te verpletteren. In plaats daarvan wordt Salome echter door het neerkomende blok omhuld, aan het gezicht onttrokken. Ze is tot steen geworden, weliswaar een edelsteen, maar toch. De enormiteit van wat ze zich heeft voorgenomen, heeft haar op voorhand tot een ondode gemaakt.

Dramaturge Piesandra di Matteo geeft de volgende verklaring: „In ihrer Eigenschaft als Objekt verweigert sich die Figur“, so erlischt der Trieb, wodurch sich neues Potenzial erschließt.“ Hoe het ook zij, het boven genoemde ‘ballet’ eindigt duidelijk met de suggestie van een orgasme, dus ‘Trieb’ zal inmiddels minder een rol spelen. Van wraakseks met het hoofd is niet langer sprake, het gaat nu om de wraak van ‘a woman scorned’.

Opera singer Grigorian performs during a dress rehearsal of Richard Strauss' opera "Salome" in Salzburg

Salzburgergfestspiele © ruth waltz

Terwijl Herodes handenwringend probeert Salome op andere gedachten te brengen, baddert zij wat in een grote plas melk. Hij geeft toe, maar in plaats van het hoofd van Jochanaan ontvangt Salome niet geheel onverwacht eerst een paardenhoofd en pas later het lijf van de gedode profeet. Haar slotmonoloog richt Salome tot Jochanaans romp. Ze zet er ook nog even het paardenhoofd op. Ten slotte laat ze zich afzakken in een tweede cisterne en zien we nog slechts haar hoofd als Herodes het bevel geeft haar te doden.

Feitelijk is Salome een orgie van geluid en visuele ervaring, een overweldigend theaterstuk. En dat komt pas echt goed tot zijn recht als er een Salome op het toneel staat die alles en iedereen de baas is, ook het enorme orkest, hoe luid ze ook spelen. Dat maakt Asmik Grigorian tot de ideale Salome. Ze heeft een grote stem, waarmee ze op elk moment door het orkest heen weet te snijden, zonder dat het ook maar een moment geforceerd klinkt. Een Salome moet alles in huis hebben: een Isolde, maar ook een Chrysothemis en een Zdenka. Met haar heldere, wendbare stem kan Grigorian die verschillende types overtuigend ten gehore brengen. Wat haar echter tot een unieke vertolker van de beroemde titelfiguur maakt, is haar vermogen zingen en acteren tot een organisch geheel te maken.

John Daszak is vocaal een sterke Herodes, maar kan verder weinig indruk maken: alles draait hier om Salome. Zelfs Jochanaan blijft, ook letterlijk, in haar schaduw. Bas-bariton Gabor Bretz is vooral een sterk zingende schim. De enige keer dat hij goed in beeld komt, is als hij door een stel hulpkrachten met een tuinslang wordt schoongespoten.

De Wiener Philharmoniker, het huisorkest van de Salzburger Festspiele, zorgt onder leiding van Franz Welser-Möst voor een zeer geslaagde muzikale ondersteuning, hier en daar de hoofdrol opeisend tijdens de tussenspelen.

Deze opname door (C-major 801704) is een absolute aanrader voor liefhebbers van dit topwerk van Richard Strauss.

Trailer van de productie:

Asmik Grigorian, John Daszak, Anna Maria Chiuri, Gábor Bretz, Julian Prégardien
Wiener Philharmoniker olv Franz Welser-Möst
Regie: Romeo Castelluci