kamermuziek/solorecitals

Mozart with Friends

mozart

Alsof het zo had moeten zijn – of God het zo bedoelde –  mijn speler begon met het laatste nummer op de cd; variaties op ‘Hélas, j’ai perdu mon amant’ KV 360. Het is een stukje van 11 minuten, een niemendalletje eigenlijk, die je kunt vergelijken met de ‘Speld – aria’ uit Le Nozze di Figaro. Net zo mooi en net zo ontroerend.

Het voelde alsof een goede fee haar toverstokje even omhoog hief en opeens dwarrelden er sterretjes naar beneden. Een warme regen van lieve, kleine, glinsterende sterretjes: daar wordt een mens blij van. Of het mijn kijk op de hele cd heeft beïnvloed weet ik niet, maar alles waar ik verder naar luisterde vond ik mooier dan mooi en simpel onweerstaanbaar.

Ik kende Nils Mönkemeyer, de Duitse altviolist niet en de eerste kennismaking beviel mij zeer: wat een mooie, warme, rustgevende toon weet hij uit zijn instrument te halen!

Maar ook de pianist, William Youn, die alle arrangementen op zijn naam heeft staan wist mij te verbluffen. Zijn aanslag is zacht en teder en de twee musici samen zorgden in Sonata KV 14 (oorspronkelijk voor piano solo) voor een ‘en nu ogen dicht gevoel’. Gevoel, dat in het Adagio van de sonate KV 30 de overhand kreeg en ik zelfs even naar de zakdoek moest grijpen. Een gevoel van nostalgie, zoals je het bijna niet meer tegenkomt maakte zich van mij meester.

Ook met Julia Fischer vormt Mönkemeyer een hecht duo: het Duo KV 423 voor viool en altviool klinkt virtuoos, maar laat genoeg plaats voor weemoedige gevoelens.

In o.a. de Kegelstatt-trio laat Sabine Meyer horen waarom zij nog steeds tot de absolute top klarinettisten van wereldformaat hoort. Een waarlijk mooie cd.


WOLFGANG AMADEUS MOZART
Mozart with Friends
Nils Mönkemeyer (altviool), Julia Fischer (viool), Sabine Meyer (klarinet), William Youn (piano)
Sony 88985395412

Jerzy Fitelberg herontdekt

Fitelberg-Arc-Esnsemble1

Wordt de muziekwereld eindelijk wakker? Niet als het aan de grote platenfirma’s ligt, bij hen worden we nog altijd veroordeeld tot Bachs, Beethovens en Wagners; maar gelukkig bestaan de kleine labels nog. Chandos, bij voorbeeld. Een tijd geleden verrasten ze ons met de cd met kamermuziekwerken van Paul Ben–Haim, nu weten ze mij overgelukkig te maken met Jerzy Fitelberg.

Was Ben-Haims naam nog her en der een beetje bekend, Fitelberg is het niet.
Althans Jerzy, want van zijn vader Grzegorz, die een beroemde dirigent was, bestaan nog voldoende oude opnames.

FitelbergJerzy1expanded

Jerzy Fitelberg (1903 – 1951) werd geboren in Warschau en studeerde eerst met zijn vader die hem als percussionist in het orkest van het Nationale Theater liet spelen.
Om aldus ervaring op te kunnen doen. Vanaf 1922 studeerde hij compositie bij o.a. Franz Schreker in Berlijn. In 1927 maakte hij naam door Sullivan’s Mikado te re-orkestreren voor Erik Charell’s operette-revue in Grosses Schauspielhaus in Berlijn. In 1933 vluchtte hij eerst naar Parijs en daarvandaan naar New York.

Fitelberg behoorde tot de favoriete componisten van o.a. Copland en Artur Rubinstein. Zelf omschreef hij zijn compositiestijl als “vol energie en hoogspanning van een Stravinski gecombineerd met de harmonische complexiteit van Hindemith en kleuren van Franse muziek van Milhaud. Plus de hoognodige satire”.

Zijn werken werden tot aan zijn dood vaak uitgevoerd, daarna verdwenen ze van het toneel. Tot ruim zestig jaar later het ARC Ensemble (ja, dezelfde die ook de cd van Ben-Haim heeft ingespeeld) de draad heeft opgepakt.

Het eerste strijkkwartet uit 1926 begint met een kordate Presto, die mij veel aan Medelssohn doet denken, maar lang duurt het niet. Algauw komen er Slavische thema’s voorbij om plaats te maken voor de melancholieke Meno mosso. Mooi.

Het in 1928 met prijzen overladen tweede strijkkwartet lijkt in de verte een beetje op Janaček, maar dan met Poolse in plaats van Moravische dansen op de achtergrond. De sonatine voor twee violen vermengt alle tegenstrijdigheden uit de late jaren dertig: entertainment, jazz en een (voorzichtige) atonaliteit.

Fisches Nachtgesang, een nachtmuziek voor klarinet, cello en celesta is zo mooi dat het pijn doet. Het doet mij aan een nachtkaars denken, die voorzichtig uitgaat. Toegedekt met de sussende woorden ‘ga gerust maar slapen doe je je ogen toe’, maar echt gerustgesteld ben je niet.

De zeer aanstekelijk spelende leden van het Canadese ARC Ensemble zijn in het dagelijks leven allen werkzaam op het Glenn Gould Conservatorium. Wat een cd! Tien met een griffel!

 Jerzy Fitelberg
Chamber Works
String Quartets Nos 1 and 2
Serenade; Sonatine; Nachtmusik ‘Fisches Nachtgesang’
ARC Ensemble
Chandos CHAN 10877

PAUL BEN-HAIM

SZYMON LAKS. Muziek uit een andere wereld

Daniel Hope – Tribute to Menuhin

hope

Het grootste probleem met dat soort compilaties is dat je ze niet fatsoenlijk kan ordenen. Niet in je cd-kast, maar ook niet in je hoofd. 

Heb je net van een heerlijk vrolijke, zo fris als de ontluikende lente Mendelssohn genoten, kom je in de zwoele, naar nacht, zware parfum en myrthe ruikende klanken van El-Khoury (naast de 44 Duos voor twee violen van Bartók voor mij een absolute favoriet op deze cd!) terecht. 

Bechara El-Khoury over zijn vioolconcert:

De daarop volgende Duet van Steve Reich maakt korte metten met je dromen, zeker als je geen minimal music liefhebber bent. 

Je vlucht de kast op, tracht Vivaldi te overleven en pas bij Henze durf je – voorzichtig – naar beneden te komen. Om dan te realiseren dat je net de daadwerkelijk engelachtige stem van Chen Reiss in The Song of the Angel van Tavener hebt gemist.

Een ratjetoe, aldus. Een leuke, dat wel, maar niet meer dan dat. Jammer, want de uitvoeringen zijn – allemaal – meer dan voortreffelijk. Daar kan ik, van een ieder afzonderlijk en van allemaal samen bijzonder van smullen. Het meest van de prachtige vioolklank van Daniel Hope zelf, die met deze cd een eerbetoon wilde brengen aan Yehudi Menuhin: zijn leraar, ontdekker en warme vriend van de familie.


MY TRIBUTE TO YEHUDI MENUHIN
Mendelssohn, Vivaldi, Elgar, Henze, Ravel e.a.
Daniel Hope (viool), mmv Daniel Lozakovitsj (viool), Christiane Starke (cello), Jacques Ammon (piano), Avi Avital (mandoline), Chen Reiss (sopraan); Kammerorchester Basel olv Daniel Hope
DG 4795305