Geef mij maar opera concertante!

Opera concertante … Daar is veel voor te zeggen. Doordat er geen regisseur aan te pas komt, word je niet afgeleid door rare beelden en is er geen discrepantie tussen wat je hoort en ziet. Je kunt je eigen fantasie gebruiken en je zo beter op de muziek en de zang concentreren. Amsterdam heeft een jarenlange traditie van de ZaterdaMatinee, waar geen één echte operaliefhebber aan voorbij aan kon (en kan) gaan. Niet alleen is het programma zeer gevarieerd en spannend, ook de zangers en dirigenten zijn doorgaans van het hoogste niveau.

DIE MEISTERSINGER VON NÜRNBERG

7 februari 2009 was één van die middagen die nu al als legendarisch gelden, en dat niet vanwege de ongewone begintijd (11 uur ‘s morgens) en de lange duur (tot 17 uur in de namiddag). Jaap van Zweden tilde Die Meistersingertot een werkelijkongekend hoog niveau. En dan te bedenken dat het pas zijn tweede Wagner was, na de sensationele Lohengrin een jaar eerder.
Niet minder imposant was de bezetting: daar stonden ze, allemaal  de meistersingers  op een rij, of eigenlijk een paar rijen, want anders zouden ze niet passen op de toch niet kleine bühne van het Concertgebouw. Allereerst was er de Nederlandse bas Robert Holl (Hans Sachs), die de rol al jaren achtereen tijdens de Bayreuther Festspiele heeft gezongen  en er helemaal mee was vergroeid. Met zijn soepel gevoerde sonore bas riep hij allerlei gevoelens op – maar het meest die van een diepe bewondering. Wat een vertolking!

Ook Eike Willem Schulte (Beckmesser) kroop helemaal in zijn rol van een oude intrigant, waar best veel om te lachen viel. Burkhard Fritz was zeer geloofwaardig in zijn prachtig gezongen ‘Prijssong’ en Rainer Trost een mooie David.

Het is ondoenlijk om iedereen te vermelden, allemaal waren ze goed en vormden een volkomen eenheid met elkaar, de dirigent en het orkest. In tegenstelling tot de mannen liet de Nederlandse sopraan Barbara Haveman een gemengde indruk op mij achter. Het was de eerste keer dat ik haar live hoorde en ze viel me een beetje tegen. Ik had een groter (en ronder) geluid verwacht, maar misschien lag het aan de rol?

Om de sfeer te vergroten werd de foyer ingericht als een heuse bierstube: men kon plaats nemen achter lange, houten tafels en zich tegoed doen aan zuurkool met worst.

De uitvoering werd gelukkig op cd uitgebracht, op QuattroLive (2009014s). De opname is via de vakhandel en de webwinkel van het Koninklijk Concertgebouworkest te koop, maar voor zuurkool met worst en het biertje moet u zelf zorgen.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s