En alweer duikt er een onbekende naam uit de archieven. Ik weet niet hoeveel mensen ooit de naam van Dirk Fock hebben gehoord, voor mij is hij een grote onbekende.
De Nederlandse dirigent en componist Dirk Fock werd in 1886 geboren in Nederlands-Indië. Zijn vader was een advocaat en provinciebestuurder, een carrière als musicus lag niet voor de hand.
Fock studeerde in Berlijn bij onder anderen Artur Nikitsch. In 1917 verving hij Mengelberg bij het Concertgebouworkest, het orkest dat hij nog vele malen zal dirigeren. Zijn werkterrein breidde zich tot aan de Verenigde Staten waar hij vanaf 1939 permanent ging wonen. Om begrijpelijke redenen veranderde hij daar zijn naam in Foch.

Dirk Fock met Igor Stravinsky in 1926 © Bridgeman Images (via Zefir Records)
Als componist was Fock grotendeels een autodidact. Zijn nagelaten oeuvre is niet echt groot, maar zeker bijzonder te noemen. Hij heeft werken voor piano en viool gecomponeerd, maar met zijn vele liederen, een opera en een mirakelspel op zijn naam verraadt hij een bijzondere fascinatie en liefde voor de menselijke stem.
Zefir Records heeft nu een hele cd met zijn composities laten opnemen. Alle drie de liederencycli vind ik mooi en zeer aangenaam om naar te luisteren, verrassend zijn ze ook. Zowel Irene Maessen die de Sieben Lieder en Trois Chants voor haar rekening neemt als Mattijs van de Woerd kunnen mij er ook in bekoren. Zeker de bariton, die de Songs of Glory bovendien fascinerend weet te acteren.

Maurice Lammerts van Bueren