Acis_and_Galatea

Twee muziektheatervoorstellingen van reguliere muziekensembles: het Barre Land met Amsterdam Sinfonietta, samen met ISH. En Acis and Galatea met het KCO

Tekst: Neil van der Linden

DE BARRE LAND

Van het ‘alternatieve’ (door ‘urban’ straatcultuur geïnspireerde) dansgezelschap ISH besprak ik al eerder twee geweldige voorstellingen, het poëtische Elements of Freestyle en het hilarische, samen met het mime-gezelschap van Jakop Ahlbom gemaakte Knock-out. Vanaf een eerste samenwerking met dansgroep Krisztina de Chatel zoekt ISH’ oprichter en artistiek directeur Marco Gerris  geregeld allianties met artistieke partners.

Amsterdam Sinfonietta had al eerder een plan met Perzische cultuur. Het Barre Land is opgebouwd rond een vrij interpretatie van het befaamde gedicht The Waste Land (1922) van T.S. Eliot (1888-1965), door de Iraanse componist Farokhzad Layegh (1963) in zijn Lexolalia Descenticum (2021), waarin we op de tonen van een strijkorkest citaten uit The Waste Land ook flarden tekst de Iraanse dichter Ahmad Shamloo (1925-2000) horen. Uit eigen waarneming weet ik dat Shamloo in Iran weliswaar niet is verboden, maar wel op handen wordt gedragen door velen die weinig van het regime moeten hebben. Je hoort hem in taxi’s en in theatervoorstellingen.

Layeghs stukken werden ingebed in een collage met muziek van onder meer Berg, Stravinsky, Pärt, Pablo Casals, Fazil Say en Valentyn Sylvestrov, en een bewerking van een deel uit een klavecimbelsonate van Domenico Scarlatti.

Drie fysieke jonge dansers en drie luchtacrobaten contrasteren schijnbaar met de instrumentalisten die zich bedeesd op de muziek richten. Ik moest denken aan Prénom Carmen uit 1983 van Godard, waarin de geïnternaliseerde driften van een op Beethoven studerend strijkkwartet worden geplaatst tegenover de extatische passie van een jong de vrije liefde bedrijvend bankroverspaar.

Prenom Carmen Godard:

De algoritmes van Youtube zetten daar zelf deze clip van Godard achteraan, Belmondo die in bad voorleest over Velazquez, terwijl het leven voorbijraast:

Maar net als in de film de musici ook deel blijken van de wereld van het jonge paar, zijn in de wereld die deze voorstelling oproept musici en dansers ook nauw met elkaar verweven.

Soms beweegt een bezwete danser (Lars de Vos) naast een zich op de partituur concentrerende cellist (François Thirault), waarbij je visueel en auditief kunt gissen dat de danser de musicus niet onberoerd laat en de musicus de danser niet

Misschien is dit een spoiler, maar een ander hoogtepunt is als Candida Thomspon al vioolspelend de lucht in zweeft, aan de kabels waarmee ook de acrobaten worden opgehesen, als een engel, al stijgt ze om dramaturgische en praktische redenen natuurlijk niet zo hoog als haar luchtacrobatiekcollega’s. Om vervolgens weer teruggekeerd ter aarde een symbiotisch bewegingsduet aan te gaan met één van de dansers.De luchtacrobatiekcollega’s gingen echt heel hoog, verticaal tegen de zijwanden op en boven het podium langs haalden ze halsbrekende toeren uit, echt, in levende lijve.

Naast solerende musici was de van oorsprong Spaanse Tamara Robledo met haar flamenco- en tango-achtige dansbewegingen een prachtig rustpunt in de voorstelling.

ACIS AND GALATEA

Een kamerorkestsectie van het Concertgebouworkest voerde Händels ‘pastoral opera’ Acis and Galatea uit in de door Mozart her-georkestreerde versie. De opera werd geregisseerd door Pierre Audi op het podium van het Concertgebouw. Ik zag een tweede opvoering, maar de voorstelling was gemaakt voor de gala-avond van het orkest, voor sponsors en andere relaties van het orkest. Dat is toepasselijk, een ‘pastoral opera’ was een geliefd genre voor feesten in aristocratische kringen. 

Händel liet in Acis and Galatea al zijn vaardigheden de revue passeren, virtuoze vocale lijnen, dynamische koorpassages, energieke instrumentale partijen, en dat alles in relatief kort tijdsbestek, anders dan in zijn veel langere (te lange) ‘echte’ opera’s.

Ook Mozart maakte zijn versie voor een soort privé Canduitvoeringen. Hij verving de blokfluiten door dwarsfluiten en voegde klarinetten en hoorns toe. Wat deze versie geschikt maakte voor de uitvoering op modern instrumentarium door het Concertgebouworkest.

Händels oorspronkelijke versie werd tijdens een tuinfeest uitgevoerd op de terrassen van het landhuis van zijn sponsor, de Hertog van Chandos. Nu vond het plaats op de ‘terrassen’ van het podium van het Concertgebouw, waarvan een deel was omgevormd tot een stukje groene wei onderaan een grote steen.

Deze opzet bood Pierre Audi gelegenheid om terug te gaan naar de esthetiek van enkele van zijn vroegere operaopvoeringen, de herdersopera Il Re Pastore en met name Il Ritorno d’Ulysse in Patria, ook een opera met een landschappelijke sfeer. Met name de intimiteit die Audi, ondanks de gigantische podium afmetingen in de Stopera met name bij Il Ritorno wist te bereiken vinden we nu weer terug.

Ook verder leent de opera zich voor vroege Audi-signatuur, zoals het stenen rotsblok (‘pierre’). Liefdesrivaal Polyphemus doodt Acis ermee. Als Galatea dankzij toverkracht haar geliefde vervolgens als een beek laat voortleven ontspringt die beek bij de rots (Acis and Galatea is ontleend aan Ovidius’ Metamorfosen, een verzameling verhalen waarin telkens een protagonist in een natuurelement verandert).

Verder zijn er de kenmerkende manieren van uitbeelding van aantrekking en afstoting tussen personages die we zagen in Audi’s Coronazione di Poppea en Orfeo, en het feit dat personages elkaar niet zien als ze bij elkaar zijn, en elkaar zien als ze niet bij elkaar zijn; wat past bij de muzikale logica van de eerste acte, waarin Acis en Galatea naar elkaar op zoek zijn en dat je laat concluderen dat ze elkaar kennelijk niet zien.

Elk van de zangers, zowel de drie hoofdrollen als twee kleinere, waren fraai bezet.
In de eerste acte kwinkeleren Mark Milhover (Acis) en Keri Fuge (Galatea) er lustig, en schijnbaar moeiteloos, op los.

Overeenkomstig het verschijnsel dat ‘slechte’ karakters in veel opera’s de spannendste muziek toebedeeld krijgen, gaf Händel Polyphemus een paar van de fraaiste aria’s mee, door Mozart instrumentaal extra vet aangezet. Wanneer Galatea door Polyphemus is geschaakt, ontspint zich op het podium een heftige liefdesscène en lijkt ze in Polyphemus’ verlangens mee te gaan. Niet geheel onvoorstelbaar gezien de aantrekkelijke jonge baszanger Sreten Manojlović, die lenig en krioelend als een slang (uit het Paradijs?) in spannend zwart leer over het podium voortbeweegt.

Ook het Nederlands Kamerkoor was geweldig, met als een hoogtepunt het verstilde ‘Mourn All Ye Muses’, als Acis gestorven is, en waarin het koor eindigt in een prachtig pianissimo in ‘The gentle Acis is no more’, gevolgd door misschien het mooiste moment voor de KCO strijkers als ze er nog een paar maten fraaie maten van hun pianissimo aan mogen toevoegen.

De weldadige klank van het Mozartiaanse instrumentaal ensemble droeg bij aan de pastorale atmosfeer die de opera moet oproepen. In de aria ‘Hush, ye pretty warbling Quire’ waarin Galatea een vogelkoor toezingt waande je dankzij de er lustig op los kwetterende blazers en strijkers daadwerkelijk even in een vredige natuur.  

Het Barre Land
Amsterdam Sinfonietta, ISH Dance Collective Bencha Theater
Concept Marco Gerris en Candida Thompson
Regie Marco Gerris
Muzikale leiding en viool Candida Thompson
Choreografie Marco Gerris i.s.m. de dansers
Choreografie luchtacrobatiek Rachel Melief
Dans Herrold Anakotta Tamara Robledo Lars de Vos
Luchtacrobatiek Micka Karlsson Sarah Kooij Kenneth Gérard

Händel/ Mozart Acis and Galatea (waarbij de Duitse tekst uit de bewerking van Mozart vervangen is door de oorspronkelijke Engelstalige tekst)

Leonardo García Alarcón dirigent, klavecimbel
Keri Fuge sopraan (Galatea)
Mark Milhofer tenor (Acis)
Valerio Contaldo tenor (Damon)
Sreten Manojlović bas (Polypheme)
Guy Cutting tenor (Coridon)
Nederlands Kamerkoor 
mise-en-espace Pierre Audi

Foto’s Het Barre land Michel Schnate

Foto’s Acis and Galatea Milagro Elstak

(Bij de muziek van Handel moet ik sinds enige tijd overigens altijd denken aan zijn betrokkenheid bij de slavenhandel, waarin hij en ook zijn sponsor de hertog investeerden. Daardoor verandert de muziek niet, maar daardoor luister ik er met minder plezier naar; dat relativeren met ‘de context van de tijd’ helpt niet.)

Het Barre Land nog te zien: De Doelen, Rotterdam / woensdag 5 oktober, 20.15 uur Musis, Arnhem / donderdag 6 oktober, 20.00 uur Concertzaal, Tilburg / zaterdag 8 oktober, 20.30 uur TivoliVredenburg, Utrecht / zondag 9 oktober, 20.15 uur Muziekgebouw, Amsterdam / dinsdag 11 oktober, 20.15 uur Muziekgebouw, Amsterdam / woensdag 12 oktober, 20.15 uur Muziekcentrum, Enschede / donderdag 13 oktober, 20.00 uur Industrieel Museum, Sas van Gent / zaterdag 15 oktober, 20.00 uur