Tekst: Neil van der Linden

Voorafgaand aan de uitvoering van Don Giovanni was er toevallig een lezing in Spui25, georganiseerd door Atheneum Boekhandel, over The Pre-Tinder Dating Era. En welaan, de opera Don Giovanni geeft in zekere zin een beeld van hoe het er in de achttiende bij een date aan toe kon gaan, in elk geval als je als man van adel was, en als je als vrouw het ongeluk had op iemand van adel te vallen. Naast een erotische zedenschets is Mozarts Don Giovanni immers een aanklacht tegen het feodale systeem.
In zijn weergaloze film liet Joseph Losey zijn hoe temidden van de prachtigste paleizen het feodale keurslijf zich binnen de kostuums en pruiken van Mozarts tijd moest blijven wringen. Sowieso is die film voor mij een Don Giovanni benchmark, maar ik moest er speciaal aan denken omdat deze enscenering twee zaken uit die film precies omdraait. De personages lopen in kleding van nu rond, met als grapje dat de lagere klassen in de opera de kleding van premierepubliek draagt en de hogere klassen juist meer casual gekleed zijn, tot op het slonzige af in het geval van Don Giovanni.

Het decor is een nachtelijk bos, een halve wildernis; ik waande mij even diep in de bossen bij Lage Vuursche waar het Holland Festival ons onlangs heenbracht in de voorstelling ‘Dans la Forêt’. Maar waar het in ‘Dans la Forêt’ ging om de beleving van de stilte, gedragen de personages zich in deze voorstelling voortdurend bij de beesten af; ‘The Hunger Games’ in opera.

Deze productie stamt uit 2016, net voordat de MeToo-beweging breed opgang maakte. In feite gaat Don Giovanni over een heleboel vragen die sindsdien een rol spelen. Bij elk van de vrouwelijke personages kan de vraag kan worden gesteld in hoeverre ze vooral slachtoffer zijn of dat ‘zelf ook schuld hebben’. Zeker in deze cast waren de twee Donna’s, Donna Anna en Donna Elvira, geen weerloze slachtoffers, want ze zijn er telkens ook met hun verstand bij als toch nog maar weer eens een gokje wagen voor een fijne flirt met de Don.

Grappig is dat het personage van de Don eigenlijk tamelijk moe, lusteloos en bleek overkomt. Zijn knecht Leporello oogt veel gezonder en energieker. In deze rolopvatting van Don Giovanni zat eigenlijk al wat men in de negentiende eeuw vanaf Byron in Don Juan zag, een moedig tegen het lot en de maatschappij vechtende eenling.

Voor deze herneming was een compleet nieuwe cast aangetrokken. Een opera met zoveel rollen, die elk virtuositeit vergen, maar elk ook kort genoeg zijn, biedt de mogelijkheid om jonge zangers hun kunnen te laten zien en dat lukte prima, met zowaar twee Nederlanders, de Nederlands-Iraanse Lilian Farahani als een levenslustige, geweldig zingende en acterende Zerlina (binnenkort bij de Zaterdagmatinee Elvira in Rossini’s ‘L’italiana in Algeri’) en Frederik Bergman als Masetto, die zijn eerste rol op het grote podium zong na zijn opleiding bij de Opera Studio. Ze acteerden ook prima dat het ondanks het aanstaande huwelijk misschien helemaal niet zo goed zit tussen die twee.

Ook de Roemeense Adela Zaharia (Donna Anna) en de Amerikaanse Amanda Majeski (Donna Elvira) speelden de dubbelheid van hun rollen geweldig uit. Eerstgenoemde heeft hoorbaar een verleden als Lucia (Lucia di Lammermoor) en Violetta (La traviata), de tweede zie ik wat stem en acteren betreft nog wel eens beginnen aan een rol als Gutrune (Götterdämmerung). De Chinese Long Long was een prima Don Ottavio, zij het hier en daar wat onzeker in de hoogte.

En al vond ik het blijkbaar aan commedia dell’arte refererende veelvuldige drukke gebaren in de rol van Leporello wat veel van het goede, de veeleisende acrobatische toeren in zijn rol waren de Roemeense bas-bariton Adrian Sâmpetrean wel toevertrouwd, en ook zangtechnisch legt hij de nodige lenigheid en energie aan de dag.
Ook de Amerikaanse bas-bariton Seth Garico moest geregeld lenig in bomen klimmen en van een vervallen bouwwerkje, een soort bushokje afspringen. Grappig was dat de Don Giovanni en de Leporello niet alleen op elkaar leken, maar ook verhoudingsgewijs kort van gestalte waren; met name de twee Donna’s torenden boven beiden uit, wat in zekere zin de verhoudingen uit het verhaal nog verder omdraait.
Ik had het al over die eigenlijk wat Byroneske, 19e-eeuwse kant van deze Don Giovanni; hij leeft eigenlijk pas echt op als hij de dood met open vizier tegemoet treedt. Kunnen we in Seth Garico een toekomstige Holländer tegemoet zien?

Voor de Commendatore was met Rafał Siwek voor een relatief lichte bas gekozen. Dat maakte zijn rol minder ‘bovennatuurlijk’, minder ‘buitenaards’, maar menselijker. Natuurlijk is hij aan het begin woedend, als hij ontdekt dat Don Giovanni bij zijn dochter betrapt, maar aan het eind verschijnt hij niet als bewegend standbeeld, maar als doodgraver. Die eigenlijk gewoon zijn werk komt doen.
Ik zat op het eerste balkon enigszins aan de zijkant, zo dicht mogelijk op het Nederands Kamer Orkest. Dat onder leiding van ook jeugdige Jérémie Rhorer alles uit de partituur haalde en in de bekende dramatische momenten alles liet knallen. Wel hadden de zangers hier en daar moeite synchroon te blijven. Misschien blijkt dan de orkestbak eventjes te groot voor optimaal contact met de dirigent.
Don Giovanni door De Nationale Opera
Gezien 4 november in het Muziektheater, Amsterdam.
Muzikale leiding Jérémie Rhorer, regie Claus Guth, decor en kostuums Christian Schmidt
Don Giovanni Seth Carico, Il Commendatore Rafał Siwek, Donna Anna Adela Zaharia, Don Ottavio Long Long, Donna Elvira Amanda Majeski, Leporello Adrian Sâmpetrean, Masetto Frederik Bergman en Zerlina Lilian Farahani.
Foto’s Bart Grietens.
Trailer Don Giovanni met de huidige cast bij De Nationale Opera:
Trailer van Loseys Don Giovanni film:
Webpagina Don Giovani van De Nationale Opera
https://www.operaballet.nl/en/dutch-national-opera/2021-2022/don-giovanni
Gisterenavond (10-11-2021) heb ik deze herneming van Don Giovanni bezocht .Deze productie had ik in 2016 ook al gezien. Alleen Adrian Sâmpetrean als Leperello was over van de oorspronkelijke cast. Er werd uitstekend gezongen en gespeeld. De vele inconsequenties tussen tekst en handeling neem je tegenwoordig maar op de koop toe.Het kan nog erger. (Zie de laatste productie van deze opera uit Salzburg). Over de dirigent was ik niet zo te spreken. In het programmaboekje had hij het in een interview over dramatische voortstuwing. Daar was in deze voorstelling weinig sprake van.Hij zette alleen de ouverture en het slot flink aan. Daartussen kabbelde de voorstelling met enkele kleine oplevingen voort. Het was vooral aan de zangers te danken dat het boeiend bleef.Als de dirigent ingreep leidde dat meestal tot ongelijkheden en fouten in het orkestspel.Ga de ze voorstelling vooral zien voor de uitsekende zangers.De zaal zat trouwens bomvol.
Mijn eerste Don Giovanni zag ik in 1963 o.l.v. de jonge Bernard Haitink met de beroemde Scipio Colombo als de Don.
LikeLike
Sorry. deze en uitstekend. Mijn ogen worden er ook niet beter op.
LikeLike
van Neil van der Lnden:
Dank voor de reactie. Die ongelijkheden waren er ook al bij de premiere. De zangers onderling bleven wel gelijk in de ensembles. Ik dacht ook even dat het aan mijn plaats lag, op het balkon, maar misschien is het structureel. Toch had ik het idee dat de dirigent wel een goede slagtechniek had. En ook in de ujitbarstingen van het orkest waren de instrumenten ondelinr gelijk. Het bleef een raadsel.
Waar was die uitvoering onder Haitink? Bij de Nederlandse Opera Stichting. Laatst hoorde ik een opname van de Sacre onder Haitink uit zijn allereerste jaren. Aangezien hem de Sacre ook goed afging verwacht ik dat hij geen problemen had met ongelijkheden.
LikeLike
De uitvoering o.l.v. Haitink vond plaats in de Amsterdamse Stadsschouwburg. Het gezelschap was de Nederlandse Opera, de voorloper van de Nederlandse Operastichting. Haitink dirigeerde voor dit gezelschap ook Der Fliegende Holländer en Don Carlos.
Het geluid wordt in de meeste operahuizen tegenwoordig enigszins gemanipuleerd. Ze gebruiken een acoustic enhancement system. Misschien beïnvloedt dat onze geluidservaring.
LikeLike
Dat kan het zijn. Ik verbaasde mij erover dat het orkest op zichzelf telkens spatgelijk was en de complexe zangersensembles telkens ook. Ik zat op het eerste balkon bovende orkestbak. Dus dat geluid kwam misschien ook daardoor iets eerder.
LikeLike
Ik vroeg me ook af of het hele orkest op authentieke instrumenten speelde. Ik dacht dat het Nederlands Kamerorkest gewoonlijk op “moderne” instrumenten speelde.
Ik ben benieuwd hoe DNO de problemen rond de zaalbezetting oplost nu er nog maar 1250 plaatsen per voorstelling beschikbaar zijn. Er waren al voorstellingen bijna uitverkocht. Er zullen wel mensen teleurgesteld moeten worden of naar andere voorstellingen worden verplaatst. Het verplichten van het dragen van mondkapjes in het gebouw en de zaal had veel organisatorische poespas kunnen voorkomen. Waarom gaan de autoriteiten niet te rade in het buitenland?
LikeLike
van wat ik heb gelezen (zelf niet gezien, wad het ook niet van plan) speelt de koper op authentieke instrumenten, de rest niet
LikeLike