Het is één van de werken die je live moet hebben gehoord, al is het een keer in je leven, maar de kans daartoe ligt niet voor het oprapen. Althans, de kans om een echt goede uitvoering live mee te maken, want zowat alle oratoriaverenigingen en amateurkoren tot in Lutjesbroek zetten het wel eens op hun repertoire. En geef ze maar ongelijk!
De muziek is zo ongekend schitterend, zo overweldigend, zo complex in zijn eenvoud (of juist zo eenvoudig in zijn complexiteit), zo een enorm gamma aan emoties oproepend dat je willens en wetens er een onderdeel van wil zijn. Wat zeg ik: moet zijn, want als er een muziekstuk bestaat dat echt dwingend is dan is dit Requiem het wel.
Maar zelfs met het beste koor alleen red je het niet, want Verdi heeft in zijn werk ook vier kanonnen van stemmen bedacht, stemmen die – hoe kan het anders – ook in zijn heftigste en zwaarste opera’s niet zouden misstaan. Zangers op wiens schouders het leed van alle Aida’s, Azucena’s, Otello’s en Philipsen – maar ook die van Desdemona’s en Alfredo’s – zal kunnen rusten.
De uitvoering in het Concertgebouw tijdens de ZaterdagMatinee was zonder meer goed. Het was niet echt optimaal, maar denkend aan het ‘materiaal’ wat we heden ten dage ter beschikking hebben werd het ideaal dicht benaderd.

Edo de Waart © Jesse Willems
Ik had een beetje moeite met de door de Waart gekozen tempi, zeker aan het begin. Ik vond het een beetje sloom, voor mij kwam het ook iets te traag aan de gang. Maar waar ik werkelijk bang voor was, een oorverdovend lawaai werd ons bespaard. Voor de verandering (mildheid komt met de leeftijd?) heeft Edo de Waart alle ruimte aan de solisten en het koor gegeven.
O, jazeker, hij heeft het orkest (een werkelijk goddelijk spelend Radio Filharmonisch Orkest) opgezweept tot max waar nodig, maar zonder over de pijngrens van het gehoor te gaan. De Waart gaf voldoende ruimte aan elk afzonderlijk instrument, liet hij de tutti hun wiegende tonen laten horen en gaf hij de koren (Groot Omroepkoor voor de gelegenheid versterkt met hun Vlaams zusje, het Vlaams Radio Koor) én de solisten genoeg ondersteuning. Alles en iedereen was goed hoorbaar en zelfs in de meest forte passages hielden de zangers zich goed staande.

Veronica Simeoni © ANSA
Natuurlijk lag het ook aan hun kelen, maar er was meer. Uit ervaring weet ik dat de stem van de mezzosopraan Veronica Simeoni niet heel erg groot is. Simeoni was mij in Verdi’s La forza del destino bij DNO behoorlijk tegengevallen, ik vond haar Preziosilla gewoon ondermaats, maar gisteren klonk zij zeker mooi. Goed, haar borsttonen waren nog steeds niet om over naar huis te schrijven, maar haar voordracht en haar interpretatie mochten er zijn. Dat noem ik een revanche!

John Relyea © Shirley Suarez
John Relyea viel mij helaas tegen. Het kan zeer zeker aan mij liggen, wellicht waren mijn verwachtingen iets te groot? Ik kende de zanger alleen uit de live uitzendingen uit de Metropolitan Opera in New York en heb mij zijn stem anders voorgesteld dan het de facto is. Zijn geluid is romig, afgerond en buitengewoon aangenaam, voor mij het prototype van basso cantante. Zijn laagte is uitstekend maar zijn stem kleurde voor mij niet donker genoeg. Het klonk niet charismatisch genoeg, maar mooi was het wel.

Leah Crocetto © Leah Crocetto
De Amerikaanse sopraan Leah Crocetto deed mij aan Alessandra Marc denken. Haar stem klonk onverwoestbaar, bovendien leek het daadwerkelijk uit haar ‘onderregionen’ te komen, waardoor haar geluid erotiserend werkte. In de hoogte werd zij, gelijk een stiletto genadeloos scherp. Ze torende boven alles en iedereen uit en zelfs in de meest heftige passages wist zij haar medesolisten, het koor en het fortissimo spelend orkest te overtroeven. Haar stralende hoge C in ‘Libera me, Domine’ was de perfectie nabij. Mijn God, wat een geluid! En wat een mogelijkheden voor de toekomst!

Brian Jagde © Simon Pauly
Mijn hart werd echter gestolen door de tenor Brian Jagde. Niet alleen wist hij zich naast het sopraan-geweld uitstekend staande te houden maar liet zich ook nergens door haar uit het veld slaan. Wellicht kwam het doordat het niet de eerste keer was dat ze samen zongen, het was nogal wiedes dat ze op elkaar waren ingespeeld. Twee echte partners, echt bij elkaar horend. Ook zijn geluid is aan de grote kant, zij het dat het (nog steeds?) overwegend lyrisch is. Zijn ‘Ingemisco’ was het toonbeeld van het ingehouden schoonheid.
Ergens las ik dat het niet de laatste keer was dat we Jagde in Amsterdam zullen horen: mijn vingers zijn gekruist!
Het concert is nog terug te beluisteren op Radio 4:
http://www.radio4.nl/ntrzaterdagmatinee/uitzendingen
Giuseppe Verdi
Requiem
Leah Crocetto (sopraan), Veronica Simeoni (mezzosopraan), Brian Jagde (tenor), John Relyea (bas)
Groot Omroepkoor en Vlaams Radio Koor olv Klaas Stok
Radio Filharmonisch Orkest olv Edo de Waart
Gehoord op 2 februari 2018 in het Concertgebouw in Amsterdam
Wonderlijke productie van Das wunder der Heliane uit Berlijn
Verisme aan de Amstel mist Sicilië, maar de zangers maken alles meer dan goed