Tekst: Neil van der Linden

Eerder waren er The Cave (1993), het optimistische stuk uit de jaren van de Oslo-akkoorden, over het graf van Abraham en Sarah in Hebron en de drie religies eromheen, en Three Tales (1998-2002), over de mogelijkheden en de nachtmerries van de technologie van de ramp met de Hindenburg tot het gekloonde schaap Dolly.
In beide werken maakten Reich en zijn librettist Beryl Korot gebruik van flarden uit interviews en documentaires, die in een muzikale herordening de betekenis van de oorspronkelijk teksten accentueerden en tegelijkertijd in een abstractere context plaatsten. Het waren allebei werken voor instrumentalisten, videoprojecties en zangstemmen.

Het stuk van deze avond, Reich/Richter, in première gegaan in New York in 2019 en nu voor het eerst in Nederland uitgevoerd, is een combinatie van puur instrumentaal muziek en in grotendeels abstracte beelden, die op het werk van beeldend kunstenaar Gerhard Richter zijn gebaseerd.
Het was Richter die Reich voor het eerst had benaderd, voor een concert tijdens een tentoonstelling in Keulen. Daaruit ontstond het idee voor een stuk met muziek van Reich gebaseerd op Richters kunstwerk in boekvorm Patterns uit 2011.
Dat boek was een reeks computerbewerkingen van Richters schilderij Abstraktes Bild uit 1990. Richter sneed het schilderij digitaal telkens in steeds kleinere compartimenten doormidden. Die steeds kleinere fragmenten spiegelde hij en herhaalde hij vervolgens weer. Vergelijk het met de patronen in een caleidoscoop. Samen met Corinna Belz heeft hij de patronen uit Patterns omgevormd tot bewegende beelden, variërend van haarscherpe horizontale lijnen in alle kleuren, tot complexe symmetrische en asymmetrische figuren.

Die figuren leken soms te evolueren tot een LSD-trip door onze ingewanden, oneindige reeksen roze, paarse, groene en gele boeddha’s, een bergdorp in de Himalaya vol uitbundig versierde hindoetempels, een stoffenmarkt in Jodhpur, een competitie welke kraam de mooiste suikerspinnen en zuurstokkramen heeft tijdens carnaval in Mexico, een bloemencorso in Lagos, enzovoort. En dat allemaal geconstrueerd via eindeloos in fractals opgedeelde strepen en figuren.
Reichs muziek is met behulp van een tijdcode exact op de ritmische patronen van de film afgesteld. In zich spiegelend aan het beeld maakt de muziek gebruik van abstracte elementen die tot herkenbare melodische patronen worden omgevormd met behulp van contrapuntische tegenmelodieën, herhalingen, lijnen die harmonisch een oplossing zoeken en die dan vervolgens toch weer uiteenvallen tot een volgende spanningsboog. Muziek en beeld hebben ook iets weg van een oerknal die een complex van universums genereert, die dan vervolgens weer samenballen, tot een volgende oerknal volgt.
Het Ensemble Intercontemporain zal Reichs muziek waarschijnlijk net zo mooi gespeeld hebben als het ASKO het gisteravond deed. Maar tussen de New Yorkse en deze uitvoering is er een heel belangrijk verschil, dat zowel het concept van het samengaan van beeld en muziek als vermoedelijk ook de akoestiek ten goede kwam: scenograaf Theun Mosk plaatste het projectiescherm vóór de musici op het podium van het Muziekgebouw aan ’t IJ en ontwierp een belichting waarmee de musici af en toe oplichtend door het scherm met de filmprojecties heen te zien zijn, daarmee ook de golvende bewegingen in de partituur uitlichtend.
Reich/Richter in de uitvoering door Het Ensemble Intercontemporain:
In New York waren de videoschermen om het publiek heen geplaatst. Ik zou denken dat de New Yorkse uitvoering er minder in slaagde muziek en beeld te laten versmelten en ze schijnbaar uit één bron te laten komen. Het Asko|Schönberg produceerde hierbij een warme, wervelende symfonische klank, optimaal gebruik makend van de akoestiek van het Muziekgebouw. De in 1936 geboren Reich heeft zich in 2019 weer eens opnieuw uitgevonden.
Reich/Richter klinkt jong en tegelijkertijd tijdloos. Het concert opende met een stuk met het grote doek als achtergrond, met de gastcurator en dirigent van de avond, de virtuoze Schotse percussionist Colin Currie, nu als solist ervoor, terwijl het doek werd wit gehouden. Hij speelde Tromp Miniature uit 2014 van Bryce Dessner, ook beroemd als gitarist en componist van de New Yorkse avant-garde pop-band The National.
Hoe Reich gedurende zijn nu zeer lange loopbaan voor een flink aantal ijkpunten in de muziekgeschiedenis heeft gezorgd was goed te horen in Four Organs uit 1970. Oorspronkelijk bedoeld voor vier Hammondorgels werd het nu uitgevoerd op vier (gemakkelijker verplaatsbare, gemakkelijker te stemmen én gemakkelijker verkrijgbare) synthesizers, met een vijfde partij voor een percussionist die alleen twee maracas bespeelt.

Reich maakt gebruik van het feit dat de enige niet elektronische instrumenten juist als een kwartsklok zo precies twintig minuten lang in een eentonig ritme de tijd moet wegtikken, waarbij de percussionist, voor wie de partij uitermate zwaar is, zich ook nog een houding, in lichaam en gezicht moet weten te geven, temidden van de vier andere musici die braaf achter hun instrument zitten, en alleen heel goed moeten tellen bij het spelen van simpele noten uit een dissonant akkoord.
En vanwege die noodzaak heel goed te moeten tellen was het niet zo’n wonder dat de artistiek leider van het concert Colin Currie nu achter één van de synthesizers zat en vandaaruit de uitvoering leidde. Al die precisie levert een adembenemende spanningsboog op, anders zou deze muziek op den duur ook geschikt zijn voor een geheime dienst om er bekentenissen mee af te dwingen.
In de jaren van deze compositie was Reich in lijn met de avantgarde-beweging van toen de basisprincipes van muzikale esthetiek te onderzoeken door ze onderuit te halen. Ik was blij met mijn plaats op het zijbalkon, want ik kon de op de handen van de toetsenspelers kijken en de zich langzaam ontwikkelende vingerzettingen precies volgen.

Ook bij Four Organs stonden de instrumentalisten vóór het doek waarop bij Reich/Richter de film zou worden geprojecteerd, en werd het eenvoudig rood belicht, verlopend van een bruinrode horizon naar een karmijnrode hemel, waarbij de kleur van de donkerrode toetsinstrumenten fraai aansloten. Dit alles om het contrast met het erop volgende Reich/Richter ook visueel zo groot mogelijk te maken, en dat is gelukt. En maracas-speler Joey Marijs kreeg een extra warm applaus.
Opening Minimal Music Festival
Bryce Dessner Tromp Miniature
Steve Reich Four Organs
Steve Reich Reich/Richter
Asko|Schönberg
Colin Currie slagwerk/dirigent
Corinna Belz film
Theun Mosk podiumbeeld
Gezien 12 april 2023, Muziekgebouw aan ’t IJ, eerste van de twee uitvoeringen.
Foto’s © Melle Meivogle en Neil van der Linden
Richter werkt zowel abstract als fotorealistisch. Een van zin vele terugkerende fascinaties is herhaling en regelmaat, zoals al te zien in de Farbtafeln (‘kleurenstalen’) die hij in de jaren 60 maakte Abstraktes bild it 1990 En juist die fascinatie voor patronen heeft Richter gemeen met Reich.
Corinna Belz, Gerhard Richter Patterns 2011:
https://gerhard-richter.com/en/videos/editions/gerhard-richter-patterns-editions-cr-149-115
12 Augustus 2023?? –
Mag ik aannemen 2022?
Met vriendelijke groet.
LikeLike