Michel van der Aa’s The Book of Water toont een verwarde oude man die geïsoleerd raakt van de buitenwereld. Niet alleen doordat hij vanwege extreme weersomstandigheden aan huis gekluisterd is, maar ook doordat hij kampt met steeds ernstiger geheugenverlies als gevolg van dementering.
Het verhaal is gebaseerd op de novelle Der Mensch erscheint im Holozän van de Zwitserse auteur Max Frisch uit 1979. Het boek was in Michel van der Aa’s hoofd blijven hangen, maar hij wist nog niet wat hij ermee wilde doen, tot de coronapandemie uitbrak. In de lockdown-periode werd de thematiek actueel. Tijdens de pandemie was dat beklemmende gevoel van “de wereld gaat langzaam ten onder, terwijl jij in je eentje in je huis zit” opeens herkenbaarder dan ooit, aldus Micheal van der Aa.
Frisch’ hoofdpersoon woonde in een Alpendal, als een woeste bergbeek overstroomt. Michel van der Aa verplaatste dit een landelijk huis ergens in een onmetelijk uitgestrekt leeg platteland, waardoor de schijn van een rustiek bergsprookje wordt vermijden. In deze versie gaat het om een ongekend hevige donderbui die van alle wegen naar en van het gebied verspert en de (ouderwetse) telefoonverbinding onklaar maakt.
De opera begint met een audiovisueel overzicht via beeldschermen voor en achter op het toneel waarin zeven soorten onweer worden beschreven; doet even denken aan Vierzehn Arten, den Regen zu beschreiben, muziek van Hans Eisler bij een film van Joris Ivens uit 1929, een vroege combinatie van film en muziek dus. In het Engels noemen we zulk noodweer een Cloudburst, en dat is misschien een speelse verwijzing naar Michel van der Aa’s eigen vorige audiovisuele werk, Upload: dystopisch Gesammtkunstwerk waarin twee mensen uiteengescheurd door technologie elkaar weer vinden. En er is nog veel meer, en veel meer relevants dat aan dat vorige werk deed denken.
In Upload was de vader dood en zocht de dochter hem op in de Cloud. In The Book of Water leeft de vader nog steeds in onze wereld, afgesneden van de rest van de wereld en probeert zijn dochter hem thuis op te zoeken. In Upload speelden digitale onvolkomenheden bij het uploaden van de mens naar de Cloud. In The Book of Water zijn de obstakels aardser. Daar komt bij dat de vader op zeker moment een beroerte krijgt en dan zo verdwaasd is dat hij eerst zelfs geen zin heeft om de deur open te doen, als de dochter er uiteindelijk in slaagt om het huis te bereiken. Uiteindelijk worden ook in deze opera dochter en vader herenigd. Niet gezamenlijk in het digitale universum van Upload, maar gemoedelijk naast elkaar zittend op een bankje buiten voor het huis in de zon, als het onweer voorbij is getrokken.
Ik heb het boek niet gelezen, maar het lijkt mij dat Frisch het niet alleen over gewone regen en onweer wilde hebben. Maar misschien had Frisch het in 1979 ook niet over bijna onomkeerbare klimaatverandering. Het holoceen is de periode van de midden- en jonge steentijd de bronstijd en de ijzertijd waarna de geschreven geschiedenis begint. Daarin onderscheiden we tegenwoordig het antropoceen als benaming voor de periode uit de geschiedenis waarin wij, de mensen, de aarde steeds meer naar onze hand zetten en vernietigen. Het baanbrekende eerste rapport van de in 1968 oprichtte zogeheten Club van Rome, Grenzen aan de groei, dateert uit 1972 en beschreef een mogelijke doemscenario gebaseerd op bevolkingsgroei, voedselproductie, industrialisatie, uitputting van natuurlijke hulpbronnen en vervuiling. Aan het eind van de jaren zeventig was de wereld niet optimistisch.
Een andere overeenkomst met Upload is dat Van de Aa ook deze keer voor de dochter een ijselijk mooie etherische sopraanpartij heeft geschreven. In The Book of Water vormt dat het enige gezongen aandeel, vertolkt door Mary Bevan, in de film.
Ook de vader is alleen te zien in de film. De rol werd gespeeld door Timothhy West, die overigens tijdens het maken van de film in werkelijkheid een beroerte kreeg. De verwarring van de oude man die je ziet is echt, aldus Michel van der Aa. Timothy West was bij de Nederlandse première gelukkig wel aanwezig en verscheen na afloop bij het applaus op het toneel.
De acteur Samuel West, in het werkelijke leven de zoon van Timothy West, speelt een personage dat verbeeldt hoe de oude man zichzelf ziet. Samuel West is enige die wel op toneel staat tijdens de opvoering, en dat levert een paar prachtige verdubbelingen op tussen film en het toneel, als de twee alterego’s, geacteerd door vader en zoon West, in beeld bij elkaar komen.
In de novelle schreef Frisch zowel over als vanuit het perspectief van de oude man. Michel van der Aa heeft die dubbelzinnigheid verder uitgewerkt: op het scherm zien we het personage door onze blik, op het podium speelt de acteur het personage zoals het zichzelf ziet: jonger, in controle.
Behalve de ene acteur ‘live’ en vader en dochter in de film zitten er zijn vier instrumentalisten op het podium plus een musicus die de elektronische geluidseffecten bedient. In totaal zijn er dus zes personen op het toneel. Heel wat minder dan bij Jörg Widman die de volgende dag in diens Arche driehonderd uitvoerenden nodig had voor zijn versie van ook een overstroming, de Bijbelse Zondvloed
Al door associërend vroeg ik mij opeens af of The Book of Water misschien ook wel over een zondvloed gaat. Dementie en beroertes overspoelen iemands leven, maar misschien staat het verhaal ook voor een grotere, existentiële zondvloed. En blijft in het Bijbelverhaal Noach trouwens niet met alleen dochters als menselijke wezens over?
En opnieuw belangrijk in het werk van Michel van der Aa: temidden van al deze hi-tech, deze keer iets ‘lower’ dan de vorige keer, gaat het opnieuw over menselijkheid. Dat zou de volgende dag Widmann met zijn driehonderd uitvoerenden trouwens ook lukken. Morgen daarover meer.
The Book of Water Michel van der Aa compositie, regie, script Jacobien Rozemond viool Diet Tilanus viool Lilli Maijala altviool Örs Köszeghy cello Fergus McAlpine elektronica Samuel West podiumacteur Timothy West filmacteur Mary Bevan sopraan (op film)
Gezien 11 november 2022 Muziekgebouw aan ’t IJ Amsterdam